De bekende astronaut André Kuipers zag de aarde zoals maar weinig mensen haar zagen: vanuit de ruimte. Tijdens de vele lezingen die hij geeft, vertelt hij vaak: “Het liefst zou ik álle mensen meenemen naar de ruimte om ze vanuit een heel nieuw perspectief naar de aarde te laten kijken.” Vanuit het heelal zie je de schoonheid van onze planeet, maar ook de kwetsbaarheid ervan. En alleen als we ontdekken hoe kwetsbaar onze planeet is, zullen we zuiniger met haar omgaan.
Er is een mooi woord voor de ervaring van André Kuipers: het overzichtseffect. Onderzoek naar de ervaringen van maar liefst dertig astronauten, onthult een bewustzijnsverandering bij de aanblik van de aarde. Liefde voor de aarde, een verlangen om onze planeet te beschermen, een ervaring van verbondenheid met alles dat leeft.
Uitzoomen
Marjolijn van Heemstra, zelfverklaard stadsastronaut, schrijver, theatermaker en godsdienstwetenschapper, gaat op zoek naar het overzichtseffect in haar eigen leven. In haar eerder dit jaar bij De Correspondent verschenen boek In lichtjaren heeft niemand haast - een zoektocht naar meer ruimte in ons lezen, formuleert Van Heemstra haar behoefte aan een adempauze voor onze dolgedraaide maatschappij, en aan een gezamenlijk vergezicht. In een interview in de Volkskrant duidt ze: “Denken over identiteit is belangrijk en waardevol, maar daarnaast kreeg ik behoefte aan een ander, breder perspectief: als mens, als aardbewoner.”
Al dat inzoomen heeft me vervreemd van iets, van het gevoel onderdeel te zijn van iets groters, mee te kunnen deinen op een ritme dat buiten mezelf ligt
marjolijn van geemstra
Het dwingende van de actualiteit en urgentie, de stroomversnelling waarin de wereld lijkt te zitten, hebben haar blik vernauwd. “Al dat inzoomen heeft me vervreemd van iets, van het gevoel onderdeel te zijn van iets groters, mee te kunnen deinen op een ritme dat buiten mezelf ligt.” Dag en nacht in de ruimte turen klinkt als de ideale remedie tegen de benauwdheid die zij voelt.
In In lichtjaren heeft niemand haast wordt de lezer meegenomen in de persoonlijke, associatieve zoektocht van Van Heemstra. Ze onderzoekt of we de ruimte die we op aarde missen, kunnen vinden door het bestaan van de grootst denkbare afstand te bekijken. Tijdens de zoektocht ontmoet ze sterrenkundigen, ethici en lunatics die haar meenemen naar de sterren, maan en verder het heelal in.
Duisternis
De zoektocht van Marjolijn van Heemstra raakt mij het meest wanneer ze dicht bij huis blijft en inspiratie zoekt bij haar buurtbewoners, de achtertuin en het nachtelijke vergezicht vanaf haar balkon. Een vergezicht waar overigens weinig te zien is – in Nederland is het haast nergens meer mogelijk om de sterrenhemel te bewonderen. De grootsheid van een nachtelijk uitzicht blijft ons verbogen.
Wat doet het gebrek aan een sterrenhemel met de bewoners van de aarde? Maakt het verkleinen van onze horizon ons tot kleinere denkers? Tot mensen die zich niet meer kunnen verhouden tot de grootsheid waarin ze ons bevinden?
De duisternis heeft een slecht imago: we verbinden het met angst en gevaar. Maar het donker staat ook voor rust, verbinding en vertraging, stelt Van Heemstra. In de nacht kun je pas de volledige omvang zien van pijn, twijfel en verdriet. En dan pas, als je het ziet, kun je ermee worstelen.
Het bijna 200 pagina’s tellend boek eindigt met de wens van Van Heemstra om de nacht ook samen met anderen te beleven. De afgelopen maanden organiseerde ze verschillende nachtwandelingen door het Amsterdamse Vliegenbos. Ook daar gaat haar zoektocht verder. Van Heemstra: “Ik kijk omhoog, tussen de toppen hangt een maanloze hemel waarin ik zowaar twintig sterren tel. Ik probeer te zien of ze een constellatie vormen die ik ken. De steelpan misschien? Of de Kleine Beer? Met mijn hoofd in mijn nek voel ik me opgenomen in een oeroud verlangen om daarboven een antwoord te vinden op vragen van hier. Maar sterrenbeelden geven geen antwoord.”