Een enkele keer als Dutchbat-commandant Thom Karremans zijn mond opendoet, hoor je een snippertje Vlaams accent. Verder maakt de Belgische acteur Johan Heldenberg een overtuigende indruk in zijn rol als Nederlandse bevelhebber in Srebrenica, tijdens de hete zomerdagen van half juli 1995, als de Bosnische oorlog op zijn eind loopt.

De Bosnische regisseur Jasmila Žbanić overleefde als twintiger de langdurige belegering van de stad Sarajevo ten tijde van de Bosnische oorlog tussen 1992 en 1995. De strijd in de Joegoslavische deelrepubliek Bosnië – tussen etnisch Kroaten, Serviërs en moslims – was de heftigste van alle slagvelden tijdens de ineenstorting van Joegoslavië die pas eindigde met de oorlog in Kosovo in 1999.

Niet alleen voor Nederland is de genocide bij Srebrenica, een Bosnisch stadje aan de grens met Servië, een macaber hoogtepunt van die gewelddadige twisten in de Balkan. Dit geldt ook voor de Bosniërs zelf, voor wie de executie van ruim 8.000 mannen door Bosnisch-Servische troepen nog steeds een collectief trauma is.

Niet alleen voor Nederland is de genocide bij Srebrenica, een Bosnisch stadje aan de grens met Servië, een macaber hoogtepunt van die gewelddadige twisten in de Balkan

jurgen tiekstra

Nederlandse militairen vormden als VN-blauwhelmen een vredesmissie die moest zorgen dat Srebrenica een veilige haven was voor Bosnische vluchtelingen. De Bosnisch-Serviërs sneden de aanvoerlijnen van Dutchbat af. De verwachte luchtbombardementen, om de Nederlanders te ondersteunen, bleken de ene keer praktisch onmogelijk en werden de andere keer geweigerd. Bij het naderen van de troepen van generaal Mladic werd de kazerne van Dutchbat bestormd door tienduizenden wanhopige vluchtelingen, van wie slechts 5.000 binnen de hekken werden gelaten.

Mentaal zwaar project

Volgens filmmaker Jasmila Žbanić móést er ooit een speelfilm over deze val van Srebrenica komen. Pas na vier eerdere filmproducties voelden zij zich opgewassen tegen dit zowel productioneel als mentaal zware filmproject. De Bosnische filmindustrie is piepklein en brengt slechts één film per jaar uit. De steun van negen Europese coproducenten was cruciaal, zoals van het Nederlandse productiehuis N279, geleid door onder meer filmregisseur Martin Koolhoven.

Žbanić maakte gebruik van wat Hasan Nuhanovic over het drama heeft geschreven. Nuhanovic was tolk voor de Nederlandse blauwhelmen en werd daarom niet met de andere Bosnische mannen afgevoerd. Nuhanovic smeekte de Nederlandse ondercommandant Rob Franken zijn familie bij hem op de kazerne te laten blijven, maar dat weigerde Franken. Die laatste wilde alleen diens vader toelaten, zijn jongere broer en moeder moesten wel weg. De vader besloot in dat verzengende moment toch met zijn jongere zoon en vrouw mee te gaan.

Intensiteit

De kwaliteit van Quo Vadis, Aïda? zit hem in de intensiteit van de film. Die intensiteit is allereerst het gevolg van de steeds dichter naderende Bosnisch-Serviërs, maar zeker ook van de sterke rol van actrice Jasna Djuricio, die de VN-tolk Aïda speelt. Zij probeert haar echtgenoot en twee zoons te redden van een zekere dood als ze in handen vallen van de Bosnisch-Serviërs. Haar acteerspel is vol van intense overlevingsdrang en moederlijke beschermzucht.

Door te kiezen voor een vrouw als hoofdpersoon wilde Jasmila Žbanić welbewust een vrouwelijke tegenkracht verbeelden, tégen het machismo van de Bosnisch-Servische soldaten en tégen de machteloze mannelijkheid van Dutchbat. Oorlog is een mannending, gelooft Žbanić. Zou het zo zijn? Dat is nog een mooi discussiepunt.

De Bosnisch-Serviërs geven haar in elk geval gelijk. Niet voor niets lieten ze de vrouwen en kinderen gaan. Maar de mannen niet.

Quo Vadis, Aïda? is vanaf 17 juni 2021 te zien in de bioscoop (als corona niks wijzigt).