The Matrix was een baanbrekende actiefilm uit de jaren negentig, waarin onze alledaagse wereld een simulatie bleek te zijn, gemaakt door een artificiële intelligentie (AI) die menselijke lichamen als batterij gebruikte. De hoofdpersoon Neo, gespeeld door Keanu Reeves, wist te ontsnappen aan de greep van de AI. Hij ‘ontwaakte’ en zag de waarheid achter de simulatie. Zijn levensdoel werd om de AI te bestrijden en de mensheid te redden. De film stond bol van religieuze beelden en thema’s. Zion was de stad waar de bevrijde mensen leefden. Er was een Architect, een soort God-figuur (een oude man met baard). Neo zelf was een soort messias-figuur met een vriendin met de naam Trinity.

The Matrix borduurt voort op een oud filosofisch probleem: de vraag hoe we weten wat werkelijk is. De Griekse filosoof Plato kwam al met zijn allegorie van de grot, waarin hij het verhaal vertelt over een aantal mensen die vanaf hun geboorte vastgebonden in een grot zitten. Het enige wat ze kennen zijn silhouetten op de muur van de grot, schaduwen van mensen die voor een vuur langs lopen dat schaduwen op de muur werpt. Totdat één van hen weet te ontsnappen, de grot ontvlucht en het zonlicht voor het eerst ziet en op zijn huid voelt branden. Als hij terugkomt en vertelt van de werkelijke wereld daarbuiten, wordt hij natuurlijk niet geloofd.

Er zijn mensen die werkelijk menen dat we ooit in de verre toekomst in staat zullen zijn om de inhoud van ons brein over te zetten naar de harde schijf van krachtige computers

taede a. smedes

De Chinese wijsgeer Zhuangzi (369-286 v.Chr.) werd op een ochtend wakker nadat hij had gedroomd dat hij een vlinder was. De droom bracht hem in verwarring. Hij was zich in de droom immers alleen bewust van zijn gevoelens als vlinder, en niet die van hemzelf als mens. “En nu”, schreef hij, “weet ik niet meer of ik een mens ben die droomt dat hij een vlinder is, of een vlinder die droomt dat hij mens is.”

Filosofen als Robert Nozick en Hilary Putnam bespreken deze kwestie door middel van artificiële intelligentie. Stel, vraagt Putnam, dat een kwade geleerde je brein uit je lichaam heeft genomen en via allerlei elektroden heeft aangesloten op een superkrachtige computer. Die computer speelt in je brein een simulatie af. Zou je er achter kunnen komen dat je in een simulatie leeft? En zo ja, hoe dan? En is het eigenlijk erg om in zo’n simulatie te leven?

Transhumanisme

Er zijn mensen die werkelijk menen dat we ooit in de verre toekomst in staat zullen zijn om de inhoud van ons brein over te zetten naar de harde schijf van krachtige computers. Niet alleen zal dan alle inhoud van je brein voor altijd bewaard blijven. Bovendien zijn we misschien ooit in staat om het bewustzijn dat verbonden is met dat brein in een computer opnieuw te creëren. Het eeuwige leven binnen handbereik. Niet als lichaam, maar als een eeuwige simulatie in een eindeloos krachtige computer. Je kunt het lichaam hebben dat je wilt, je kunt doen en laten wat je wilt zonder nadelige consequenties. Je kunt seks hebben met wie je wilt of vermoorden wie je wilt. Zelf een nieuw universum maken is mogelijk. Je kunt God zijn in je eigen wereld, en die koppelen aan andere simulaties.

Maar je leeft dan wel in een schijnwereld. Nou en? Is het niet de ene schijnwereld voor de andere inwisselen? Volgens sommige geloven leven we immers ook nu al in een schijnwereld. Hindoeïsme en boeddhisme hebben het over de Sluier van Maya die ons omhult en illusies voorschotelt. We moeten werken aan ons bewustzijn om die illusies te kunnen doorzien. De meesten van ons zullen die verlichting nooit bereiken. Zij zullen tot aan hun dood in de illusie blijven verkeren dat onze dagelijkse werkelijkheid de enige werkelijkheid is. Misschien dat ze na hun dood de illusies doorzien, maar dan is het te laat om er iets aan te veranderen. In een simulatie leven is niet meer dan de ene illusie voor de andere inwisselen.

Voor sommigen is dit echt een existentiële kwestie. Ik heb het dan over transhumanisten: mensen die geloven dat we de sterfelijkheid en beperktheid van onze lichamelijkheid mogelijkerwijs kunnen overstijgen via technologie. En dan gaat het dus niet om oud worden zonder oud te lijken, of om sport- of leerprestaties te vergroten door een simpel pilletje. Maar dan gaat het uiteindelijk om een groot project: onsterfelijkheid.

Transhumanisme was pakweg tien jaar geleden echt een dingetje. Transhumanisten hebben een uitgesproken positieve kijk op technologie en een negatieve kijk op materie en lichamelijkheid. Het is modern gnosticisme: alles draait om de geest, materie is slecht en moet overwonnen worden. Transhumanisten willen ongestoord kunnen leven in een simulatie, in een zelf gecreëerde illusie. Alleen staat hun lichamelijkheid hen nog in de weg. Die materialiteit van hun lichaam houdt hun geest vast. Zij willen de geest bevrijden en zien de technologische ontwikkelingen van computers en artificiële intelligentie als de weg om daar te komen. De meeste mensen gruwen ervan.

Nu staat dat transhumanisme weer volop in de spotlights, maar dan wel in een jasje dat velen ineens wél aantrekkelijk vinden, althans gezien de populariteit ervan.

De nieuwe transhumanisten

Misschien zegt de naam Nick Bostrom je iets? Deze van oorsprong Zweedse filosoof uit Oxford wordt al jaren gezien als één van de belangrijkste en meest toonaangevende denkers als het gaat om de implicaties van technologie op ons dagelijks leven. In 2003 verschenen van hem een aantal artikelen waarin hij uiteenzette waarom hij het mogelijk acht dat we nu al in een computersimulatie leven die gerund wordt door een zeer geavanceerde beschaving – mogelijk mensen – uit de toekomst. Je leest het goed: volgens Bostrom is het mogelijk dat jij je nu niet in 2022 bevindt, maar in werkelijkheid een digitaal mens bent in een simulatie uit het jaar 20448, die je laat denken dat je in 2022 leeft. Misschien zit je al in The Matrix.

Transhumanisme is modern gnosticisme: alles draait om de geest, materie is slecht en moet overwonnen worden

taede a. smedes

Maar het is ook mogelijk dat een artificiële intelligentie uiteindelijk die touwtjes in handen krijgt. In zijn boek Superintelligence uit 2014 (dat ook in het Nederlands vertaald is en lange tijd op de New York Times-bestsellerlijst stond) betoogt Bostrom dat huidige ontwikkelingen in de artificiële intelligentie uit zouden kunnen leiden naar de ontwikkeling van een intelligentie die ons in alle opzichten oneindig overtreft. Of zo’n intelligentie het nut van menselijk leven inziet, valt nog te bezien. Bostrom heeft derhalve in 2017 met andere vooraanstaande denkers een lijst opgesteld van 23 principes waaraan ontwikkelingen in de AI zich zouden moeten houden om een mensvriendelijke AI te ontwikkelen.

Bostrom lijkt dus het beste met de mens voor te hebben. Hij richtte in 2005 het Future of Humanity Institute (FHI) op, een denktank die zich bezighoudt met de grote kwesties die te maken hebben met menselijke vooruitgang. Het gaat dan vooral om bedreigingen voor de mens op de korte en lange termijn. Het centrum denkt bijvoorbeeld na over het Doomsday-argument, een idee dat de mens zich op een historisch beslissend kruispunt bevindt of op het randje van uitsterven. Denk ook aan de Fermi-paradox (‘Als er zoveel sterren in het heelal zijn en zoveel planeten, zodat het vrijwel zeker is dat er elders nog intelligent leven bestaat – waarom horen en zien we dan niets?’). Of het idee van het ‘Grote Filter’ (iedere geavanceerde beschaving loopt ooit tegen een technologische drempel aan die als een ‘filter’ fungeert en die alleen sommige beschavingen doorlaat, dat wil zeggen: laat overleven).

Longtermism

In 2015 werd er een tak aan het FHI toegevoegd, namelijk het Centre for Effective Altruism, een organisatie die soms ook met de beweging van ’80.000 uur’ geassocieerd wordt: de tijd die de gemiddelde mens in zijn leven aan werken besteedt. Het idee is dat het werk van veruit de meeste mensen weinig tot geen verschil maakt voor de samenleving als geheel. Dat kan anders, stelt Effective Altruism (EA), die zich steeds meer tot een grote sociale beweging ontwikkelt. Als je via een directe weg weinig maatschappelijk verschil kunt maken, kun je dat misschien wel via indirecte weg. Bijvoorbeeld door je hele werkzame leven lang maandelijks een groot deel van je salaris te doneren aan een goed initiatief met een hoge impactfactor in onze samenleving. Of door zelf een initiatief te beginnen dat een vuist kan maken in deze samenleving.

Maar maak niet zomaar een vuist. Het sleutelwoord is Longtermism: een onvertaalbaar woord dat duidt op een denkwijze, een levenshouding die het zijn morele prioriteit maakt om de toekomst van de mens op lange termijn te bevorderen. Dat klinkt allemaal fantastisch, want onze Westerse liberaal-kapitalistische samenleving staat bol van de korte-termijnacties met desastreuze maatschappelijke gevolgen. Longtermism spreekt veel mensen aan. Met name op sociale media is het booming. Het boek What We Owe the Future van de jonge Oxford-filosoof William MacAskill – de grote man achter EA en Longtermism – was dan ook direct na verschijnen wekenlang uitverkocht. Maar wat zit erachter?

Rond Longtermism hangt een geurtje van een rigide ideologie en van een doorgeschoten antropocentrisme en zelfs megalomaan interplanetair kolonialisme

taede a. smedes

Emile P. Torres is een Amerikaanse filosoof die als promovendus werkzaam is aan de Leibniz Universität in Hannover. Hij houdt de beweging van EA met argwaan in de gaten en schrijft regelmatig lange artikelen voor bijvoorbeeld Salon, Philosophy Now, Nautilus en Medium. Hij is bekend met transhumanisme: hij was ooit onderzoeksassistent van Ray Kurzweil, de uitvinder van de Kurzweil synthesizer maar ook een transhumanistische visionair die droomt van een technologische ‘singulariteit’ waar zeg maar technologie, mens en werkelijkheid versmelten.

Torres ontdekte dat alle bovengenoemde initiatieven uit de koker van o.a. Bostrom en MacAskill samenkomen in een megalomane transhumanistische visie van de mensheid in een verre toekomst. Dan zal de toekomst radicale, technologische zelfverbetering mogelijk maken. Maar radicaler is de visie dat de mensheid het universum moet koloniseren. En last but not least is er de visie van een oneindig aantal digitale mensen – zelfbewuste mensen als jij en ik – die in een enorme hoge-resolutie virtuele wereld, een simulatie ‘leven’, die wordt gerund op planeet-grote computers die leven van de energie van sterren.

Wie dit alles veel te vergezocht vindt, moet even googelen op MacAskill en interviews met hem lezen en beluisteren. Want hij weet de zaken erg goed te verkopen. Marketing en PR zijn middelen die worden ingezet om deze transhumanistische visie te ondersteunen. Elon Musk, de CEO van Tesla, is al om en heeft miljoenen gedoneerd. Immers, het gaat om een vuist maken, de samenleving meenemen in die visie en momentum en een kantelpunt forceren zodat de bal van Longtermism en EA rolt en blijft rollen. Het gaat om movement-building. Het gaat er bovendien niet om of je aan de genoemde instituten doneert, maar ieder goed doel is prima: zolang die maar bijdraagt aan het zekerstellen van de toekomst van de mensheid. Dat is de absolute prioriteit.
Torres kwam erachter dat kritische vragen daarbij niet gewenst zijn. Sam Harris schreef een aanbeveling voor MacAskills boek. Harris is een notoire atheïst, maar heeft zich recentelijk ook behoorlijk racistisch uitgelaten. Veel intellectuelen willen absoluut niet met Harris geassocieerd worden. Torres vroeg op het Reddit-forum van EA aan MacAskill waarom hij juist iemand als Harris had gevraagd om een aanbeveling. Een antwoord kwam er niet, Torres’ vraag werd gewoon verwijderd.

De mens doel op zich?

Ik ben er nog niet uit wat ik van Longtermism en Effective Altruism moet denken. In Nederland horen we er nog weinig van, maar dat zal ongetwijfeld veranderen. Hoe langer ik erover nadenk, hoe meer analyses ik lees, hoe meer ik deze sociale olievlek zie uitdijen, hoe meer ik denk dat dit een beweging is om kritisch in de gaten te blijven houden.

Ja, de toekomst van de mens gaat me aan het hart. Ja, de toekomst van de mens hangt samen met de toekomst van technologie, van de natuur en van het klimaat. Maar rond Longtermism hangt een geurtje van een rigide ideologie en van een doorgeschoten antropocentrisme en zelfs megalomaan interplanetair kolonialisme. Het voortzetten en zelfs uitbreiden van de mensheid – fysiek of als virtuele avatar – is in deze beweging een doel op zich. Al het andere is instrumenteel, aan dat einddoel onderworpen. We hebben de natuur nodig om te overleven, maar zodra die geavanceerde technologie er eenmaal is om onze geest te uploaden naar oneindige virtuele werelden, gooien we de natuur weg als een afgekloven appel. Ergens strookt dat niet met mijn visie op altruïsme en langetermijndenken.

Anderzijds sluit ik ook niet uit dat de natuur er juist baat bij heeft als de mensheid oplost tot een verzameling virtuele avatars in een computersimulatie op een computerplaneet, ver, ver weg van hier… 

Taede A. Smedes is filosoof en theoloog. Voor meer informatie: www.tasmedes.nl.