Compassie is een woord voor als het eigenlijk niet uitkomt. Het vraagt dat je jezelf even opzij kunt zetten, de mindere kunt zijn. Hoe? Heb oog voor het geheel. Dat relativeert. Verstekt niet jezelf maar je organisatie. En keer je niet af, maar doe wat op je weg komt. Jaap Lodewijks ontleende deze en andere adviezen voor goed leiderschap aan de middeleeuwse heilige, Franciscus van Assisi. Maar eigenlijk zijn het adviezen voor goed leven, concludeert Agnes Grond.

Door Agnes Grond

“De kus van de melaatse is je kwetsbare plek. Als je die productief kunt maken als leider (en uiteraard niet alleen als leider), wat is er dan nog te vrezen?”

Voor mij is dit de kernzin uit het boek van Jaap Lodewijks over Franciscaans leiderschap.

Het is een bekend verhaal: terwijl Franciscus, vol goede voornemens, op zijn paard rijdt, komt hij een melaatse tegen. Diens gezicht is weggevreten, zijn lichaam overdekt met stinkende wonden. Franciscus wil vluchten, maar beseft plotseling dat hier een mens staat die als geen ander behoefte heeft aan mededogen en liefde. Hij kust de melaatse en zorgt voor hem. Het is de echte bekering van Franciscus.

Kwetsbare plek
Ieder mens maakt momenten of ontmoetingen mee die hem fundamenteel veranderen en zijn kwetsbare plek, zijn ‘kus’, worden. Managementboeken zullen doorgaans adviseren die zwakke plek vooral thuis te laten. Lodewijks doet het tegenovergestelde: zet die kwetsbaarheid in. Probeer dat wat je echt geraakt heeft tot uitgangspunt te maken van je leidinggeven. De zwakke plek van de auteur is zijn zoon die schizofrenie heeft. Voor hem telt maar één ding: hoe word ik bejegend? Als patiënt, of als mens? Lodewijks - hoofdredacteur van een krant - zoekt sindsdien altijd naar de mens achter de functionaris en naar de mens achter het interessante journalistieke ‘geval’. Je zwakke plek kan compassie wekken. En daar ging het Franciscus om. “Maar op het woord compassie moet je zuinig zijn”, waarschuwt de auteur. “Compassie is geen woord voor bij een glas wijn of als thema voor een drukbezocht congres. Compassie is een woord van de straat, van na vijf uur ’s middags en vóór negen uur ’s ochtend. Compassie is een woord voor als het eigenlijk niet uitkomt. (…) Franciscus deed het ons voor en hij vroeg zijn volgelingen hetzelfde te proberen. Compassie is - en het lukt maar zelden - even ‘de mindere’ kunnen zijn. De mindere van alle broeders en zusters die helemaal niets hebben, of die alles - zoals hun gezondheid - hebben verloren.”

Franciscaanse leiderschap is geen methode maar een levenshouding. De schrijver ontdekte “dat deze kleine, magere, driftige tegendraadse mysticus” hem als leidinggevende iets te vertellen had. Daarmee doet hij hem ook tekort, erkent hij, want over leiderschap heeft Franciscus zich nooit uitgelaten. Maar hij leefde het voor met het proefondervindelijke, de dienstbaarheid, de ondergeschiktheid en de armoede als uitgangspunten. Het eerste betekent dat je al doende, met vallen en opstaan en goed luisteren, de weg vindt. Dat je dat samen doet en niet wegvlucht in protocollen. Dienstbaarheid en ondergeschiktheid helpen daarbij want het gaat niet om jou maar om het geheel. En armoede is je steeds de vraag stellen voor wie je het doet en wat je wil bereiken.

Maak jezelf niet te groot
Franciscus eerde in alles de grootheid van Gods schepping. Dat relativeert. Natuur maakt bescheiden en confronteert je met de tijdelijkheid, ook van je leiderschap. Zo leerde Lodewijks hoe je medewerkers ruimte en verantwoordelijkheid geeft, hoe je tegenspel toelaat en organiseert. Het kwam alles en iedereen ten goede. En als hij weg was, kwam de krant toch uit. “Zoals het zal zijn als je sterft, je bent er opeens niet meer maar voor de wereld maakt het helemaal niets uit.”

Veel leiders genieten van hun macht. En wij mensen leggen graag de verantwoordelijkheid elders en roepen om sterke leiders. Maar falen zij, dan worden ze genadeloos afgeslacht. Zo houden we elkaar gevangen. Franciscus doorbreekt dat. Maak jezelf niet te groot, zegt hij, je bent maar een nietig mens. In moderner jargon: Versterk niet jezelf maar je organisatie want de laatste bestaat langer dan jij. En keer je niet af, maar doe wat op je weg komt.

Wassen van voeten
Franciscus werd leider van zijn orde, tegen wil en dank, en het was hem een last. Maar hij nam de verantwoordelijkheid. Leidinggeven kan een last kan zijn, erkent ook Lodewijks. “Leidinggeven moet voelen als het wassen van de voeten van je medebroeder, heilzaam voor wasser en gewassene. Niet meer, en zeker ook niet minder.” Dat is een dagelijkse confrontatie met jezelf.

Een inspirerend boek. Vooral omdat het niet alleen over leiderschap gaat maar over het leven, over jou en mij en hoe wij met elkaar omgaan.

cover Franciscaans-LeiderschapJaap Lodewijks, Franciscaans leiderschap; als het wassen van andermans voeten, Ten Have, 126 pag., € 14,95.

Maak meer verhalen mogelijk met een donatie

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.