Zonder erbij na te denken gaan we vanzelf in een cirkel staan. Zeven grijze mannen, de vrouw die de boel bij elkaar heeft geroepen en ikzelf, de dominee. Als er iemand de kerk op dat moment binnen zou lopen, zou het vast een komisch tafereel zijn geweest. Maar natuurlijk loopt er niemand naar binnen: de kerkgangers moeten thuis blijven.