“In deze wereld, deze versleten herberg, waar absoluut geen plaats voor Hem is, komt Christus onuitgenodigd. Maar omdat Hij er niet thuis kan zijn, omdat Hij er niet op zijn plaats is en er toch in moet zijn, is zijn plaats bij die anderen voor wie er geen plaats is. Zijn plaats is bij hen die er niet bij horen, die door de macht worden afgewezen omdat ze als zwak worden beschouwd, zij die in diskrediet worden gebracht, die de status van persoon wordt ontzegd, gemarteld, uitgeroeid. Bij hen voor wie geen plaats is, is Christus aanwezig in deze wereld. Hij is op mysterieuze wijze aanwezig in hen voor wie er niets anders lijkt te zijn dan de wereld op haar slechtst.”
“De zinnen hierboven zijn geschreven door de Amerikaanse trappistenmonnik, dichter en vredesactivist Thomas Merton (1915-1968). Zij komen uit zijn Raids on the Unspeakable (‘Aanvallen op het Onuitsprekelijke’) uit 1966, een boek met essays, gedichten en meditaties, voorzien van tekeningen van de schrijver zelf..
De titel is ontleend aan een beschrijving die de beroemde dichter T.S. Eliot gaf van wat poëzie is: ‘a raid on the inarticulate.’ Het was het boek waaraan Merton zelf het meest gehecht was. Toch is het helaas nooit in het Nederlands vertaald, dus ik heb zelf maar een poging gewaagd. De dierbare zinnen komen uit een kerstoverweging van Merton met de titel The Time of the End is the Time of No Room.
Eindelijk zal er een tijd zijn waarin tegen niemand meer wordt gezegd: ‘Er is voor jou hier geen plaats.’ Merton wil de kitsch en de zoetsappigheid doorbreken die in zijn tijd in de VS rond het kerstfeest hing, de ‘Disneyficatie’ van Kerstmis dus, die inmiddels ook bij ons overheersend is geworden. Kerstmis als het feest van de knusheid, van het warme welbehagen, van het versierde woonhuis, van de kerstshow bij het tuincentrum.
Sinds ik betrokken ben bij het pastoraat voor dak- en thuislozen weet ik dat de kersttijd voor veel mensen geenszins met huiselijkheid, cadeautjes en luxe te maken heeft: voor de mensen die geen dak boven hun hoofd hebben en voor hen die wel een huis, maar geen thuis hebben. De daklozen en de vluchtelingen, die door veel mensen weggekeken worden en die sommige politici het liefst het land uit willen jagen. De mensen voor wie er geen plaats is, die er niet bij horen. De kwetsbaren. Jezus is voor hen gekomen, Hij is voor hen aanwezig, Hij is ook een ongewenste vreemdeling.
De Duitse theologe Hildegund Keul, die in Würzburg een onderzoekscentrum heeft opgezet rond de theologie van de kwetsbaarheid, schreef een boek over Kerstmis als het waagstuk van de kwetsbaarheid. God is mens geworden, maar niet op de wijze waarop dat in de antieke religies gebeurde, met veel machtsvertoon en bombarie. Nee, Hij is mens geworden in een kind dat er niet bij hoorde, een kind waarvoor geen plaats was in de herberg.
Ook God was een migrant, zegt Keul. ‘Migrare’ betekent van plaats veranderen, een grens oversteken. Dat heeft God gedaan door mens te worden. De Schepper van de wereld gaat midden in die wereld vol gevaren en bedreigingen staan. Een riskantere onderneming is nauwelijks denkbaar. Heel de geboorte van Jezus was een waagstuk, ook voor de tienermoeder die Maria was. Zij wist ook niet wat haar te wachten stond, zomin als haar man Jozef dat wist. Het was een avontuur vol onzekerheid.
God heeft met Kerstmis de kant gekozen van de kwetsbaren, de gemarginaliseerden, de weerlozen. Hij kwam de mensenwereld binnen met het risico gewond te raken. Wij weten dat dit op Goede Vrijdag ook zou gebeuren. Hij was een ongenode gast. Voor Hem geen luxueus kerstdiner, geen glitter en guirlandes. Die glitter en guirlandes, de kerstkitsch, de rendieren en de kerstmannen, zij zorgen ervoor dat ik altijd even op mijn tanden moet bijten als het Kerstmis wordt.
De monniken van de abdij waar Merton leefde, gingen niet naar het tuincentrum om in de kerstsfeer te komen. Hun sobere levensstijl was een stil protest tegen de wereld van luxe en overvloed, het commerciële kerstfeest. ‘Ik maak van mijn monastieke stilte een protest,’ zo schreef Merton in een boek over contemplatie.
Laten we in die geest elk jaar Kerstmis vieren en de geboorte van de ongenode gast verwelkomen, als protest tegen de uiterlijkheid van de commercie en in verbondenheid met al die mensen voor wie geen plaats lijkt te zijn. Om de mooie woorden van Annemiek Schrijver, de eerste ontvanger van de VOLZIN Waarderingsprijs, te citeren: ‘God is mens geworden, nu wij nog’.”
Peter Nissen is theoloog en kerkhistoricus en was hoogleraar aan de universiteiten van Nijmegen en Tilburg. Hij is oblaat van de Sint Willibrordsabdij in Doetinchem en betrokken bij het pastoraat voor dak- en thuislozen in Nijmegen. In 2023 ontving hij de VOLZIN Waarderingsprijs.