'De zaak Collini' lijkt een gewone film over de Tweede Wereldoorlog, een thriller over moord en wraak. Maar bovenal is het "een verontrustende reconstructie van en aanklacht tegen een onthutsende periode in de naoorlogse Duitse geschiedenis."
Door Eric Corsius
Duitsland is op dit moment in de ban van een nieuwe film. Het gaat om de verfilming van Ferdinand von Schirachs boek De zaak Collini uit 2011. Op het eerste oog zijn boek en film de zoveelste respectabele poging, om op een dramatische wijze de herinneringen aan het Derde Rijk te verwerken. Het is immers het hartverscheurende relaas van een man, die als kind moest aanzien, hoe zijn vader door de Waffen-SS werd vermoord. Het is ook een meeslepende forensische thriller over een gedreven jonge advocaat die de waarheid hierover boven tafel brengt. Toch is het uiteindelijk veel meer dan dit alles. Het is ten diepste een verontrustende reconstructie van en aanklacht tegen een onthutsende periode in de naoorlogse Duitse geschiedenis.
Moord
De zaak Collini begint met de moord op een rijk Duits industrieel, Hans Meyer genaamd, in 2001. De moord wordt gepleegd door een oude Italiaanse gastarbeider, Fabrizio Collini. Collini levert zich na zijn daad probleemloos over aan justitie. Hij brengt zijn advocaat tot wanhoop, door consequent zijn kiezen op elkaar te houden. Hij lijkt te berusten in zijn lot en laat het strafproces gelaten over zich heen komen. De strafpleiter gaat echter onvermoeid op zoek naar Collini’s motief. Uiteindelijk komt dit aan het licht. Collini’s vader was één van de twintig burgers van een Italiaans dorp, die bij een represailleactie door de SS in 1944 werden vermoord. De toenmalige commandant heette Hans Meyer. Hij dwong de kleine Fabrizio Collini destijds om de executie bij te wonen.
Wraak
De moord op Meyer is echter geen wraakactie – althans niet op de eerste plaats. Zij is op de eerste plaats een wanhopige poging om de gerechtigheid te laten winnen. Ze is een wanhoopsdaad uit frustratie over een schandalige fase uit de Duitse naoorlogse geschiedenis. Collini heeft namelijk in 1968 geprobeerd om Meyer voor het gerecht te slepen. Juist in dat jaar echter (en dit is geen fictie meer!) werd er een ogenschijnlijk onschuldige wijziging aangebracht in het Duitse strafrecht. Deze had tot gevolg, dat misdrijven als Meyers massamoord uit 1944 alsnog onbestraft bleven. Meyer ging vrijuit, omdat zijn wandaad volgens de kersverse kleine lettertjes zogenaamd verjaard was. Het grootste schandaal was - en is nog steeds - dat Edgar Dreher (1907-1996), de ambtenaar op het ministerie van justitie die tekende voor deze wetswijziging, zelf een toegewijde Nazi was geweest.
Collini moest jarenlang tandenknarsend leven met dit schandaal, om in 2001 alsnog het recht in eigen hand te nemen. Collini’s moord op Meyer is dus uiteindelijk niets dan een tragische – en uiteindelijk ook voor hemzelf onbevredigende – poging om alsnog zijn rechtsgevoel te bevredigen. Uit frustratie, uit woede… maar, zoals gezegd, niet in de eerste plaats uit wraak. Dat laatste blijkt ook uit de weigering van Collini, om triomfantelijk de oogst binnen te halen van zijn eerherstel. "De doden willen geen wraak, dat willen alleen de levenden", zegt Collini op het eind van het verhaal tegen zijn advocaat – om zichzelf in de nacht daarop in de eenzaamheid van zijn cel van het leven te beroven.
Verontrustende vragen
Zowel het boek als de film ‘De zaak Collini’ zijn door critici wel afgedaan als oppervlakkig, met name in psychologisch opzicht. Die kritiek doet mijns inziens geen recht aan de verontrustende vragen die ze ons stellen. Het zou te gemakkelijk zijn, om de conclusie te trekken dat we bij elk misdrijf moeten doorvragen naar edele of tenminste invoelbare motieven. Het boek en de film zouden ons echter wel moeten aanzetten tot meer invoelingsvermogen ten aanzien van de slachtoffers van gruweldaden, die decennialang moeten leven met de herinneringen daaraan en vooral met de onwil van instituties om hun recht te doen. De zaak Collini kan ons helpen, om begrip te hebben voor de woede en de frustratie van slachtoffers en voor het feit dat zij die  soms uiten op een wijze die ons misschien wat disproportioneel voorkomt. De zaak Collini gaat uiteindelijk ook en vooral over instituties die in de omgang met het verleden meer oog hebben voor het eigen lijfsbehoud, dan voor de plicht om recht te doen aan de slachtoffers. Wie de schoen past, trekke hem aan.
-----------------------------
Ferdinand von Schirach, De Zaak Collini, uitgeverij Rainbow, 2014.