Paulien van Bohemen is geestelijk verzorger in een verpleeghuis. Ze tekent scènes op uit het dagelijks leven aldaar. "Wie waren wij om de bevolking daar het leven zuur te maken?"

Door Paulien van Bohemen

“Ik denk, dat de directie u heeft gestuurd om mij te bemoedigen, klopt dat? Ze draaien hier de godganse dag cd’s van die man uit Limburg, ik kan er niet meer tegen.” Hij gebaart naar twee gemakkelijke stoelen in een nisje op de gang, loopt erheen en gaat zitten. “Jij lijkt me iemand die de blijde boodschap komt brengen. Daar heb ik tenminste wat aan. Nou, zeg het maar: vrede op aarde voor alle mensen of zoiets? Was dat maar waar, trouwens. Al die gebalde vuisten en rake klappen; van oorlog gaat de wereld naar de sodemieter. Ik kan het weten, hoor. Ik heb als jongeman twee jaar in Indië gediend. Ik kon het gewoon niet; schieten op de mensen daar. Dus schoot ik over hun hoofden. Toen moest ik wat anders gaan doen, want de sergeant vond dat ik er niks van kon.” Hij schudt zijn hoofd. “Het zijn mensen, net als wij. Geen vijanden. Als ze me zagen, waren ze doodsbang. Dat vond ik erg, heel erg, want ik ben geen man van geweld. Ik draaide sjekkies voor de Indiërs. Zo maakte ik een beetje vrede. Dat vonden ze wel mooi, geloof ik. Maar ik durfde dat alleen als mijn kameraden niet keken.” Zijn gezicht betrekt. “Wie waren wij om de bevolking daar het leven zuur te maken? Om daar binnen te vallen, hun theeplantages leeg te plukken en de boel te domineren? Het was een schande.”

In gedachten verzonken trekt hij met zijn wijsvinger denkbeeldige lijnen over de bruine armleuning. “Ja, de blijde boodschap, die hadden we daar moeten brengen, niet onze wapens en alle idioterie. In die twee jaar heb ik wel honderd keer op het punt gestaan om naar mijn sergeant toe te gaan en te zeggen: ‘Ik doe dit niet meer, zet me maar op de boot terug naar Nederland.’ Maar ik durfde het niet. Was ik te laf? Ik ben nooit zo’n dappere jongen geweest. Iets met zaken die gedaan zijn, daar is toch een spreekwoord van?”

Hij staart een tijdje peinzend voor zich uit. Dan staat hij op. “Nu laat ik u achter, want als ik weer tegen u begin te praten, zeg ik waarschijnlijk hetzelfde als net.”

Maak meer verhalen mogelijk met een donatie

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.