Islamitisch onderwijs is een terugkerend thema in het politieke en publieke debat. Er regelmatig ophef over scholen of bestuurders. Recent voorbeeld: de voortdurende negatieve inspectiebeoordeling van het Haga Lyceum is voor de school aanleiding geweest om een rechtszaak tegen de staat aan te spannen. Een zaak die het overigens won; de inspectie bleek op grond van aannames, geen feiten, in haar negatieve beoordelingen te volharden. Maar er is ook positief nieuws: onderzoek van RTL Nieuws laat zien dat islamitische scholen regelmatig bovengemiddeld goed scoren op de Cito-toets.

Lale Gül

Schrijfster en ex-moslima Lale Gül plaatste onlangs een oproep op haar sociale media kanalen waarbij ze haar volgers opriep om ervaringen met islamitisch onderwijs te delen door naar een anoniem emailadres te mailen.

Gül, die met haar boeken en columns een voornamelijk islam-kritisch publiek aanspreekt, voegde toe dat alle respondenten anoniem mochten blijven en dat alle informatie welkom is. Haar oproep leidde tot verontwaardigde reacties op sociale media: meerdere accounts reageerden dat het onderzoek polariserend is en het zoveelste voorbeeld van ‘islamofobie’.

Inmiddels heeft de schrijfster in een column in het Parool bekendgemaakt dat het gaat om een onderzoek van Nieuwsuur dat in eerste instantie geheim moest blijven, om het zonder druk uit te kunnen oefenen, en waarin men geïnteresseerd is naar “problematische leerstellingen” op islamitische scholen.

Eenzijdig onderzoek

Dat de vraag van de schrijfster zoveel stof doet opwaaien onder moslims is begrijpelijk vindt Sara Imajni, directeur van de Yunus Emre school in Den Haag. “We leven in een tijd waarin langs etnische, culturele en religieuze lijnen tweespalt en tweedeling in de maatschappij worden gecreëerd,” vertelt Imajni aan Volzin. “Dit gebeurt bijvoorbeeld door moslims bij voorbaat al in een kwaad daglicht te stellen, over één kam te scheren en verdacht te maken. Hierdoor is het niet meer dan logisch dat dit soort ‘onderzoeken’ met argusogen wordt bekeken.”

Bovendien wekt de benadering van schrijfster Gül door de onderzoekers van Nieuwsuur wantrouwen op, legt Imajni uit, omdat ze volgens veel moslims een persoonlijke, eenzijdige kijk heeft op islam. Hierdoor kan ze niet als een onafhankelijke onderzoeker gezien worden, ziet de directeur: “In een wereld waarin zelfs CBS-onderzoeken kritisch worden geduid, is meewerken aan een dergelijk ‘onderzoek’ wat mij betreft onbetrouwbaar.”

Dit onderzoek lijkt zich bij voorbaat uitsluitend te richten op islamitische scholen, wat deze eenzijdigheid alleen maar benadrukt. Het feit dat dit wordt uitgevoerd door Nieuwsuur – een door de overheid gefinancierd medium – maakt het des te problematischer.

Sheher Khan (Denk Amsterdam)

Een ander punt van kritiek is dat alleen islamitische scholen onder de loep worden genomen. Zal dit niet opnieuw bijdragen aan vooroordelen over moslims in Nederland? “Als je “problematische leerstellingen” wilt onderzoeken, zou dat moeten gelden voor alle nieuwe vormen van onderwijs,” zegt fractievoorzitter Denk Amsterdam Sheher Khan. Komend schooljaar wordt in Amsterdam een nieuwe islamitische middelbare school geopend. De tweede in de hoofdstad.

“Ervan uitgaande dat de informatie van de columniste klopt vraag ik mij af: waarom wordt dit niet gedaan bij bijvoorbeeld Joodse en christelijke scholen en andere onderwijsconcepten? Dit onderzoek lijkt zich bij voorbaat uitsluitend te richten op islamitische scholen, wat deze eenzijdigheid alleen maar benadrukt. Het feit dat dit wordt uitgevoerd door Nieuwsuur – een door de overheid gefinancierd medium – maakt het des te problematischer.”

Geloofwaardigheid

Bij navraag aan de onderzoeksredactie van Nieuwsuur over het doel van het onderzoek geeft de woordvoerder aan liever geen informatie te verstrekken over wat zij precies onderzoeken, op welke manier, wie wij spreken en waarom – omdat dit op gespannen voet kan staan met bronbescherming, en bovendien de vrije nieuwsgaring kan belemmeren. In een reactie schrijft Nieuwsuur:

“Tijdens dit onderzoek spreken wij met verschillende organisaties, experts en personen, die wij in voorkomende gevallen ook verzoeken om te rade te gaan bij hun eigen netwerk. Daarop volgt journalistieke weging van verhalen, controle van feiten, toetsing bij politiek en experts en hoor- en wederhoor. Zie ook onze journalistieke code.”

Op de vraag wat de onderzoekers van het nieuwsplatform precies bedoelen met “problematische leerstellingen” op islamitische scholen wil de redactie geen uitleg geven omdat ze nog in de researchfase zitten. Een aantal jaren terug had Nieuwsuur in samenwerking met NRC een kritisch onderzoek gedaan naar afwijkende leerdoelstellingen op salafistische moskeescholen.

Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) geeft aan niet op de hoogte te zijn van het onderzoek. Een medewerker laat weten: “Nieuwe scholen worden beoordeeld op hun statuten en er kan alleen achteraf een toets gedaan worden op problematische onderdelen in het curriculum of binnen de organisatie. Bestuursleden kunnen bijvoorbeeld worden gescreend, we controleren of het verwachte leerlingenaantal klopt en of de gemeente een geschikte locatie aanbiedt. Dat geldt voor alle scholen, niet alleen islamitische.”

De toename van het aantal nieuwe islamitische scholen vormt voor de redactie van Nieuwsuur aanleiding voor dit onderzoek, zo blijkt uit correspondentie. Het ministerie van het OCW ziet deze trend ook: “De tweede en derde generatie migranten zorgen voor een nieuw bestuurlijk kader. Ze zijn maatschappelijk actief en maken dus meer gebruik van hun rechten. Ze hebben de nodige onderwijservaring, kennen pedagogische methoden en kunnen besturen. Je zou zelfs kunnen stellen dat door de polarisatie in de samenleving de jeugd en de ervaren bestuurders juist daarom kiezen voor meer inzet op islamitisch onderwijs.”

Wantrouwen in instituties

Naast de zorgen omtrent de vraag of het onderzoek wel een eerlijk beeld zal schetsen van het islamitisch onderwijs zetten sommige critici ook vraagtekens bij de methode die Nieuwsuur hanteert om aan informatie te komen. Zo benadrukt wetenschapper Charifa Zemouri dat de werving van anonieme respondenten, waarvan niet bekend is wie zij zijn en waarbij niet achterhaald kan worden of het werkelijk klopt wat zij schrijven, onprofessioneel is.

Dat in de oproep van Lale Gül bovendien niet is aangegeven wat precies het doel is van het onderzoek en wat er met de informatie wordt gedaan is teleurstellend, zegt woordvoerder van de islamitische koepelorganisatie SPIOR, Joram van Klaveren.

“De oproep oogt in eerste instantie een beetje als de voorbereiding van een groep 8-werkstuk. Er wordt immers niet aangegeven namens wie het onderzoek wordt gedaan, wat de doelstelling is, wat de kaders zijn, hoe lang het duurt, et cetera. Dat dit echter zo geheimzinnig moet gaan en zowel mevrouw Gül als de betreffende onderzoeksjournalist niet transparant te werk gaat, is betreurenswaardig. Het voedt het wantrouwen in instituties.

Als men daadwerkelijk interesse heeft in de gang van zaken op islamitische scholen, dan raden we een ieder aan om eenvoudigweg de verslagen van de Onderwijsinspectie door te nemen. Het islamitisch onderwijs scoort overigens erg goed”, aldus Van Klaveren, tevens landelijk uitvoerder van het islamitisch vormingsonderwijs IVO.

Bij moslims is er de angst dat het Nieuwsuur-onderzoek misbruikt zal worden door het rechtse kabinet om bijvoorbeeld steun voor het wetsvoorstel ‘Toezicht op uitwassen informeel onderwijs’, waarmee grondwettelijke vrijheden zoals de vrijheid van godsdienst ernstig onder druk komen te staan, ziet Denk fractievoorzitter Khan. “Aan de andere kant is de gemeenschap nu wel waakzaam. Als er een eenzijdig onderzoek komt te liggen, is het zaak om deze snel te nuanceren met feiten over de praktijk van islamitisch onderwijs.”

Maak meer verhalen mogelijk met een donatie

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.