Paradijselijke vrede, oude kerkjes, een poes die van een warme tegel geniet. Marinus van den Berg wandelt door Groningen, ver weg van haast en drukte. Zijn dag stokt als hij ’s avond de zwarte NRC uit de bus haalt over het plotseling opduikend geweld in Nice op die dag van feest, op die plaats van zon en zee. Wat kun je dan? Een kaarsje opsteken? Luisteren naar een requiem, het dies irae over de dag van wraak? Of terugdenken aan de kunstwerken van Chagall in Nice? “Geweld is overal, maar ook Chagall en Vincent van Gogh.”
Zijn er plaatsen waar je gevrijwaard bent van bruut geweld? Zijn er plaatsen waar je kunt schuilen om onzichtbaar te zijn voor geweld? De roman De gekte van een vrouw van Astrid Roemer (1) zat in mijn rugzak. Geweld kent vele gezichten en veel geweld is huiselijk geweld, relationeel geweld, gevolg van de wijze waarop mannen over vrouwen denken. Ik ging opnieuw naar het ‘verre’ Noorden om het tweede deel te lopen van de meeste noordelijke wandelingen uit het boek Filosofische Wandelingen van Eric Brickmann. (2) Startend en eindigend op het station van Sauwerd.
Geen nieuws
Het was vrijdag 15 juli. De avond ervoor om 10.00 uur gaan slapen. Geen nieuws meer gehoord. Mijn ochtendkrant Trouw gelezen met de column van Wim Boevink over ‘The red turtle’. Hij schreef over de overvloed aan mooie kleuren maar had ook kunnen schrijven over het angstaanjagende natuurgeweld. Ook ik was stil van deze animatiefilm waarover ik al schreef.
Het waaide behoorlijk daar bij Sauwerd en er waren vieze wolken als vuile vaatdoeken. Het bleef droog en de zon kwam door. Bij een gesloten boerderij rook ik de geur van buxuspalmtakken en plukte er een om mee te nemen. Er werd geadviseerd om de begraafplaats van Wierum te bezoeken. Misschien is er wel nergens zo een kleine begraafplaats met oude grafzerken, zoals die voor de twee meisjes die in 1948 enkele dagen na elkaar stierven, een tweeling. Geen namen maar wel de namen van de ouders, maar ook opmerkelijk veel graven voor mensen uit deze eeuw, zoals zij die samen de pelgrimsweg naar Santiago hadden gelopen, graven waar aan de kunstenaars was gevraagd om niet een cliché, maar een eigenaardig grafmonument te ontwerpen. Het riep bij mij de vraag op die ook wel eens een discussie was: zijn we in de dood allemaal gelijk of zijn we in de dood allereerst wie we waren?
Een opvallend ijzeren grafmonument, met een zitbankje, zag ik ook bij het kerkje van Oostum. Het kerkje was gesloten, maar dat van Garnwerd verderop was open. Ik vond er de folder: Zeven redenen om de Stichting Oude Groninger Kerken te ondersteunen. Eenvoud, stilte en rust.
Nice
Ik wist nog niets van Nice. Had ik het geweten dan had ik een kaars willen aansteken, al kon dat daar niet. Helpt ook niets, brengt geen doden tot leven, geneest geen gewonden… maar toch… “Je kunt in iets niet geloven dat je toch steunt”, zegt Maarten ’t Hart. Zijn laatste boek met verhalen (3) zit ook in mijn rugzak. Ik loop met een kleine bibliotheek.
In Garnwerd is een vrouw in een voormalige dorpsboerderij na haar stoppen met werken een galerie begonnen. Ze noemt het haar pensioenvoorziening. Dan is daar ineens café Hamming. Feest van herkenning. Dertig jaar geleden liep ik het Pieterpad en vijfentwintig jaar geleden fietste ik van Almelo via Groningen naar het Noorden. Café Hamming aan het Reitdiep is een plaats om uren te turen. Eenvoud, stilte en rust. Een meditatieve plek.
Nog een ander kerkje dat bewaard is, in Groot Wetsinge, is open maar heeft haar expliciete religieuze karakter zoals in Garnwerd verloren. Er is wel waardering voor waarden als duurzaamheid, regionale producten. Waarden kunnen op verschillende manieren opnieuw worden gewaardeerd in een veranderende tijd.
Op perron 1 naar Groningen in Sauwerd geniet een poes van de warme tegels. Maandag zag ik er een kip met kuikens. Paradijselijke vrede. Het was een dag ver van geweld en haast en drukte. De wind kamde de groene weiden.
Bijna twintig jaar geleden was ik in een lieflijk fries dorp op een school waar ouders samenkwamen vanwege geweld in dat dorp, waar zoals men zei nooit iets gebeurde. Er was iets verschrikkelijks gebeurd, wat ik hier niet vertel. Niet alleen de kinderen maar ook de ouders, heel het dorp was geschokt. Een huisarts die zelf een kind op die school had, had me via via gevraagd om het gesprek te leiden. Geweld is er niet alleen in Nice of Brussel of Dallas, maar kan er overal ineens zijn.
Zwarte NRC
Er zijn vandaag meerdere stroomstoringen die noodzaken tot omreizen. Er is veel goede informatie. Mijn reis van deze dag stokt pas echt als ik de avondkrant uit mijn brievenbus haal. Een zwarte NRC over het einde van de veertiende in Nice. Het einde van de dag die staat voor het einde van tirannie. Er is een nieuwe tirannie.
Ik kies thuis voor het requiem van Jenkins. (4) Vooral het dies irae, over de dag van wraak, slaat naar binnen. Ik ben ver van Garnwerd. Juist drie dagen geleden boekte ik mijn treinreis van Rotterdam naar Parijs, naar Toulouse en vrienden in Varen en via Bordeaux terug. In Nice was ik vijf jaar geleden om Chagall te zien. Ik zie zijn werk weer op mijn netvlies. Geweld is overal maar ook Chagall en Vincent van Gogh. We hebben kunstenaars nodig om kracht aan het leven te geven. Kunstenaars als verzet tegen blind geweld. Kunstenaars die zien dat er ogen zijn in witte berkenbomen. Ook de geweldenaars worden gezien maar niet gewaardeerd. Geweld is overal maar niet altijd.
---------
15 juli 2016
Astrid Roemer, De gekte van een vrouw, Propmetheus, 2006
Eric Brinckmann, Filosofische wandelingen
Maarten ’t Hart, De moeder van Ikabod, Arbeiderspers, 2016, 288 blz., 24,99.
Karl Jenkins, Requiem, EMI
Karl Jenkins licht zijn Requiem toe.