Zijn wij ons met ons allen aan het verpoppen – is deze wereldwijde crisis de chaos tussen een achterhaald stadium van ontwikkeling, en een nieuw? Het moeilijkste moment is vaak het moment waarop het nieuwe, het écht nieuwe en totaal andere, zich kan aandienen, zegt Lisette Thooft. Dat leert de natuur ons, leest zij in het fascinerende boek Openbaar geheim van bioloog Willem Beekman.
Door Lisette Thooft
Rupsen doen niet veel anders dan eten, eten en nog eens eten. Daar worden ze steeds groter van en af en toe vervellen ze, waarna ze weer onverstoorbaar verdergaan met knagen. “Als ik een rups was zou ik het vreselijk saai vinden,” schrijft bioloog Willem Beekman in zijn boek Openbaar geheim.
Tot ze stoppen met dat ‘flegmatische geknaag’ en zich gaan verpoppen. Ogen, poten, beharing, alles verdwijnt en er is alleen nog maar een kale, grauwe pop: “Een doodskist voor een overleden rups.”
Als jongen was de schrijver zo nieuwsgierig wat er binnenin die pop gebeurde, vertelt hij, dat hij er één opensneed. Wat zat erin? Snot. Smurrie. Brij. Niets dat nog herkenbaar is als onderdeel van een dier. Het bleek normaal en gezond.
“Dat is toch niet te geloven: tussen rups en vlinder zit een stadium van volledige chaos, waarbij alle organen verdwijnen en er een eiwitsoepje overblijft, een soort oersoep.”
En precies dan verschijnt er op de meeste poppen ergens een goudachtige of zilverige vlek of stip of streep. De biologische naam voor pop, chrysalis, betekent zelfs: van goud. Geen bioloog heeft er ooit een plausibele verklaring voor gevonden.
Ontreddering
Jarenlang is Beekman consulent geweest bij een outplacement bureau. Vaak zag hij ontreddering bij mensen die hun baan kwijt waren en zich moesten oriënteren op iets nieuws. Ze hadden vooral een probleem als ze per se wilden vasthouden aan de oude vorm – hun vorige status, het salaris waaraan ze gewend waren. Beekman vertelde ze dan over ‘het gouden moment’ – het stadium waarin de rups als het ware alles opoffert van zichzelf, om een nieuw wezen te worden.
“Wie is er bereid om voor een volgende fase in zijn of haar leven alle organen in te leveren, met huid en haar te kiezen voor de transformatie, voor de metamorfose?” schrijft Beekman. “Het vreemde is dat je op die momenten dat je met de rug tegen de muur staat totaal niet weet hoe het nieuwe er straks uit zal zien. Je kent wel de oude fasen (rups) maar niet de nieuwe (vlinder).” Het valt bij rupsen ook niet te voorspellen: sommige grauwe rupsen worden majestueus gekleurde vlinders, en kakelbonte rupsen kunnen veranderen in iets onopvallends.
Offer
Zijn wij niet net enorme rupsen? Het gaat in onze cultuur vooral om consumeren, consumeren, consumeren. Dat heet economie en die moet altijd maar groeien, anders raken we in paniek. Maar misschien zijn we langzamerhand uitgeknaagd..? En zitten we met ons allen in een gigantische doodskist van het oude?
Misschien wordt er wel een enorm offer van ons gevraagd – alles loslaten wat we hadden, en afwachten wat zich aandient. Misschien is dit wel, hoe moeilijk het ook lijkt, het gouden moment. En misschien mogen wij in de toekomst, net als die vlinders, “dansen in vrijheid van bloem tot bloem.”
-----------------------------------------
Willem Beekman, Openbaar geheim, Christofoor, Zeist 2020, 154 blz., € 22,95.