Ruethers boeken zijn wereldwijd op veel theologiefaculteiten verplichte kost. Dat geldt zeker voor het baanbrekende Sexism and God-talk uit 1983. Daarin bekritiseert ze hoe de theologie meestal over mannen gaat en vanuit mannelijk perspectief naar vrouwen kijkt. Ze had een uitgesproken visie op de rol van theologie. “Het principiële beginsel van feministische theologie is de bevordering van de volledige menselijkheid van vrouwen. Alles wat de volledige menselijkheid van vrouwen ontkent, vermindert of vervormt, wordt daarom als niet verlossend beschouwd.”

Over Jezus, die als God de Zoon onmiskenbaar man is, zei ze: “Zijn vermogen om bevrijder te zijn ligt niet in zijn mannelijkheid, maar, integendeel, in het feit dat hij dit systeem van overheersing afwees en in zijn persoon de nieuwe menselijkheid van dienstbaarheid en wederzijdse empowerment wilde belichamen.”

Daarnaast schreef ze nog 35 boeken en meer dan 600 artikelen. Ze schreef in 1992 het ecofeministische Gaia and God, een theologie van zorg voor de schepping, een kwart eeuw voordat paus Franciscus datzelfde thema omarmde in de encycliek Laudato Si’.

Academische vrijheid

Als dochter van een episcopaalse vader en een katholieke moeder, groeide Ruether op in een omgeving die ze als humanistisch en vrijdenkend omschreef. Ze ging naar een katholieke school, gerund door een religieuze orde, waar de basis werd gelegd voor haar feminisme en activisme.

Hoewel ze katholiek was, koos ze er bewust voor niet aan katholieke universiteiten te werken. In de jaren zestig liep ze een baan mis aan een katholieke instelling, omdat ze zich in The Washington Post Magazine had uitgesproken voor het gebruik van anticonceptie.

Daarna koos Ruether consequent voor de grotere academische vrijheid die niet-katholieke werkgevers haar boden. Ze was hoogleraar aan onder andere de Howard University School en Garrett-Evangelical Theological Seminary.

“Mijn katholicisme is de progressieve, feministische bevrijdingstheologie van het katholicisme”, vertelde Ruether. “Dat is het katholicisme waartoe ik behoor en waarmee ik wereldwijd verbonden ben.” Ze was niet alleen voorstander van anticonceptie, maar ook pro-choice en voorstander van de wijding van vrouwen tot het priesterambt. Drie onderwerpen waarmee ze expliciet inging tegen de leer van haar kerk.

Racisme en antisemitisme

Ruether was zich er goed van bewust dat ze een witte feministische theoloog was en dat witte feministen lang niet altijd bondgenoten zijn van hun zwarte en islamitische geestverwanten. Vanaf het begin van haar carrière sprak ze zich uit tegen racisme. Ze verklaarde dat ze gevormd was door de Black Power beweging.

De theoloog was niet blind voor klasse en etniciteit. “In Mississippi ervoer ik hoe het witte Amerika eruit zag vanuit de context van zwarte mensen”, vertelde ze. “Dat was een bepalend moment voor mij: een moment waarop ik moest beslissen, ga je je laten leiden door angst, of ga je de confrontatie aan?”

Daarnaast was Ruether als activist-theoloog betrokken bij het lot van de Palestijnen. Ook bekritiseerde ze het antisemitisme dat volgens haar al vanaf het Nieuwe Testament in het christendom verweven zat. God was in haar ogen universeel. Ze sprak daarom van God/in, die ook de diverse religies overstijgt. Waarheid was niet exclusief aan het christendom verbonden.

Manuela Kalsky, hoogleraar theologie aan de Vrije Universiteit, eerde Rosemary Radford Ruether op Twitter: “Een groot theologe, feministe en activiste is niet meer. Tijdens mijn studie verslond ik haar boeken en schreef mijn doctoraalscriptie over haar werk. Het is nog steeds zeer actueel en zeer zeker de moeite waard om te herontdekken!”