In 2010 vertrok de Duitse Sabine Tscharntke voor het eerst naar Nepal. De kennismaking met het land en zijn bevolking zou uiteindelijk heel haar leven op een ander spoor zetten. "In Nepal heb ik mogen ervaren wat er allemaal mogelijk is als men vurig verlangt." 

Door Sabine Tscharntke

Het is de eerste maart 2010. Voor het eerst reis ik naar Nepal omdat ik van de bergen hou en eindelijk het dak van de wereld wil zien. De Himalaya bezoeken is een jeugddroom. Wanneer ik op de luchthaven van Frankfurt naar de vliegtuigdeur stap, denk ik: hoe zal het zijn, wat zal ik beleefd hebben, wanneer ik hier over twee en een halve week nogmaals loop, maar dan in de andere richting?

Volledig in het hier en nu

Op geen enkele manier kon ik vermoeden hoezeer deze reis mijn leven zou veranderen. Na mijn aankomst in Kathmandu reisde ik onmiddellijk verder naar Pokhara, vanwaar we te voet verder trokken naar de eerste lodge. Onderweg ontmoetten we steeds vrouwen in typische klederdracht, soms in wondermooie sari’s en kurtas (lang overhemd). Allen vouwden hun handen samen voor de borst en groetten ons met “namaste”, een glimlach omspeelde daarbij hun lippen. Ik voelde me opgetogen, vrij, had vreugde bij het stappen en zoog de eerste indrukken in mij op. Ik was volledig in het hier en nu; Nepal had mij op een heel bijzondere manier gegrepen.

Bij de eerste zonnestralen vertrokken we de volgende dag uit het kleine dorp waar we overnacht hadden. Kinderen, netjes in uniform, waren op weg naar school. Ik geraakte in gesprek met een tienjarige jongen. Nadat ik hem begroet had – ‘namaste’ – had hij mij met zijn bruine, stralende ogen ondeugend en lachend aangekeken en ‘namaste’ geantwoord. Hij wou direct weten uit welk land ik kwam. Zijn Engels bleek uitstekend. Hij wou weten hoe Duitsland is en welke mijn lievelingsvakken waren op school en vertelde me zijn lievelingsvakken. Ineens voelde ik hoe hij zijn kleine kinderhand in de mijne schoof. Hij lachte naar mij en zei: “Let’s walk hand in hand”. Kan er aan het begin van een reis een intensievere, mooiere ontmoeting bestaan?

Tijdens onze wandeling vertelde hij dat hij naar school kon gaan omdat zijn papa in Kathmandu werk heeft. De school kost geld en wie geen papa heeft die goed verdient, kan niet naar school. Hij heeft wel verdriet dat hij zijn vader maar tweemaal per jaar ziet, maar de school is belangrijk. Dan troffen we een heel arme man, die ijzerstaven droeg. De jongen fluisterde dat hij zo arm was en zulke zware lasten moet dragen omdat hij niet naar school had kunnen gaan. Zelf was hij ervan overtuigd dat hij later niet arm zou zijn; hij leerde immers lezen, schrijven en rekenen.

Innerlijke rust

De ontmoeting met die jongen en zijn woorden hebben mijn hart diep beroerd en mij niet meer losgelaten. Op mijn weg door de dorpen van Nepal had ik nog andere, zeer bewogen ontmoetingen. Daardoor ontstond bij mij stilaan de wens het land iets terug te geven van wat het mij op deze reis had gegeven: innerlijke rust, diepe tevredenheid, een nieuw gevoel voor wat werkelijk belangrijk is. Volledig met mezelf in het reine zijn. In mijn dagelijkse leven als bankier in Wealth Management had ik dat zeer gemist.

Ik ontmoette Nepalezen die mij, ondanks hun soms tandeloze mond, vrolijk lachend uitnodigden om bij hen thuis een kop thee te komen drinken. Een huis betekent: op de benedenverdieping een stal, zodat de warmte van de dieren automatisch de bovenverdieping verwarmt. Via een soort boomstamtrap bereik je de bovenverdieping die bestaat uit maximaal twee kamers zonder ramen en met kussens op de vloer. Op die kussens zittend, praatten we met handen en voeten, over Boeddhisme, de kracht van het geloof, het harde leven in de ruwe natuur en hoe het is om zonder bescherming te moeten leven: geen verzekeringen, geen dienst voor werkloosheid, geen financiële ondersteuning, en al helemaal niet de ondersteuning van de regering, want die is ver weg in Kathmandu.

Ik ontmoette kinderen met snotneuzen, gescheurde broeken en vuile gezichten. Er is veel armoede maar geen ellende. Ik stelde vast dat deze mensen ondanks hun harde leven één ding bewaard hebben: waardigheid en de vreugde van het moment. Zij hebben mij op hun manier bijgebracht opnieuw meer in het hier en het nu te denken en te zijn. Want wat morgen zal zijn, weet niemand.

En toch dacht ik tijdens deze reis al aan ‘morgen’, aan terugkeren naar Nepal om er iets te kunnen doen voor de kinderen die niet naar school kunnen gaan en die daarom een leven in armoede wacht. Bij mijn afscheid zei ik aan mijn reisgids: “Narayan, ik wil iets doen voor de kinderen van dit land, ik wil hun kansen geven op een opleiding en hen zo een leven in bittere armoede besparen. Wil je mij daarbij helpen? Ik kom over zeven maanden terug“.

Zielsverwantschap

Terug in Frankfurt dacht ik aan wat mij bij het vertrek, twee en een halve week eerder, door het hoofd was gegaan. Ik voelde een onblusbare wil om naar Nepal terug te keren en mijn voornemen uit te voeren. In afwachting daarvan dacht ik met veel verlangen in mijn hart aan Nepal en ging ik op onderzoek uit. Tegelijk kreeg ik een mail van Narayan, die mij graag in contact wou brengen met Sudama Karki, een vroegere reisleider. Sudama was ook opgegroeid in zeer eenvoudige omstandigheden maar had zich gestaag opgewerkt, tot en met de oprichting van een eigen toeristenbureau.

Zes maanden later, in oktober 2010, leerde ik Sudama kennen bij mijn volgende Nepalbezoek. We voelden direct een zielsverwantschap en merkten dat we dezelfde motivatie hadden. Zelf heb ik gewoon het geluk gehad te kunnen opgroeien in een land waar iedereen, ongeacht zijn of haar achtergrond, een opleiding kan volgen. En Sudama heeft als kind het geluk gehad een helper te vinden die het hem mogelijk heeft gemaakt Duits en Engels te leren. Ook Sudama verlangde terug te geven wat hij zelf had gekregen, vooral aan de armste kinderen. Door die passie gedreven, heeft hij het Poor and Orphan Children Relief Centre (PAORC) opgericht en een kindertehuis gebouwd.

Toen ik dat tehuis bezocht, besloot ik Foster Parent te worden van Madhav, een toen zesjarige, zeer schuchtere jongen. Hij verbleef nog maar twee maanden in het kindertehuis. Daarvoor leefde hij op straat en snoof hij lijm om zijn hongergevoel te onderdrukken. Die jongen met zijn grote, bruine ogen en schuchtere lach raakte mij. De opvoeders vertelden mij dat Madhav dikwijls zijn eten verstopte, omdat hij nog niet kon geloven dat er de volgende dag een nieuwe maaltijd zou komen. Hij moest opnieuw leren mensen te vertrouwen. Ik beloofde hem dat ik het volgende jaar zou terugkomen, en ik wist dat ik die belofte moest waarmaken. Alleen zo kon ik ertoe bijdragen dat Madhav opnieuw zou leren vertrouwen in wat hem gezegd werd.

Kindertehuis

Ik hield contact met Sudama en het kindertehuis en begon giften in te zamelen. Met dat geld werden zonnepanelen gekocht voor stroom voor de wasmachine en de koelkast van het tehuis. Dat technisch wonder kon ik bij mijn volgende bezoek, in oktober 2011, zelf aanschouwen. Ik verbleef enkele dagen in het kindertehuis en kon vaststellen dat Madhav intussen volledig geïntegreerd was. Uit het schuchtere kind was een opgewekte jongen gegroeid. Ik werd mij ervan bewust hoe belangrijk het is om op continue basis iets voor die kinderen te doen.

Tegelijk begon ik te zien welke visionaire gaven Sudama had. Hij wilde met glasflessen een kindertehuis bouwen. Hij wou zo de bevolking tonen dat men die flessen niet gewoon moest weggooien, maar dat ze als bouwmateriaal konden dienen. Mijn bezoek aan de bouwplaats wekte mijn enthousiasme voor het project. Ik wou er actief aan meehelpen. Terug in Duitsland gaf ik lezingen waar ik bij wijze van entreegeld giften voor het project vroeg. Door die lezingen heb ik ook 35 mensen warm kunnen maken om Foster Parent te worden van kinderen uit de armste gezinnen, die daardoor nu ook naar school kunnen gaan.

Mijn kinderschaar in Nepal werd steeds groter. De grote familie die ik in Duitsland niet had, heb ik in Nepal gevonden. Ik heb er een nieuwe zin voor mijn leven gevonden en heb met heel mijn hart en met volle overgave iets goeds kunnen doen voor die kinderen in Nepal. In Sudama vond ik een betrouwbare partner, die mijn giftengeld doelgericht en volgens afspraak gebruikt.

Aardbeving

Eenmaal per jaar reis ik naar Nepal om mij te informeren over de stand van zaken van het project en over de kinderen. Zo nam ik ook op 22 april 2015 afscheid van ‘mijn’ 43 kinderen in het flessenhuis. Ik kon niet vermoeden dat drie dagen later alles kapot zou zijn, en dat de mensen nog meer dan tevoren in de armoede gestort zouden zijn. Ik zat in Duitsland in de metro toen ik over de aardbeving in Nepal las. Ik was helemaal in shock. Onmiddellijk probeerde ik Sudama te bereiken, maar dat lukte pas twee dagen later. Hij was vertwijfeld; het kindertehuis was volledig vernield. Ik huilde en kon het niet begrijpen. Een paar dagen eerder was alles nog in orde... en nu dit. Mijn enige troost was dat geen van de kinderen gewond was. De aardbeving vond plaats tijdens het middagmaal toen ze zich allemaal in de grote eetzaal bevonden. Daardoor konden de opvoeders onmiddellijk reageren en alle kinderen in veiligheid brengen. Ik heb direct een inzamelactie gestart die 28.000 euro opbracht. Daarvan heb ik 18.000 euro naar Nepal overgeboekt, de overige 10.000 euro bleef op mijn giftenrekening. Een toeristische organisatie heeft nog eens 50.000 euro geschonken. Dankzij die giften kon Sudama het flessenhuis in tien maanden weer opbouwen, mooier en aardbevingsbestendiger dan ervoor.

Onhoudbare spagaat

Een jaar na de verschrikkelijke aardbeving was ik terug ter plaatse, met mijn partner. De omgeving van het epicentrum was nog steeds volledig verwoest. We hadden schoolmateriaal, toiletartikelen en stoffen voor kleding gekocht. Met 250 kg materiaal zijn we het aardbevingsgebied van Gorkha afgereisd om de goederen tot in de dorpen te brengen. Toen heb ik Nepal voor het eerst als ‘ellendig’ ervaren en heb ik diepe droefheid gezien in de ogen van de mensen. Opnieuw kreeg ik een spiegel voorgehouden die me mijn onbekommerde en zorgeloze leven in Duitsland toonde. Tijdens die rondreis is ons duidelijk geworden hoezeer we ons in het dagelijkse leven kunnen opwinden over onbelangrijke dingen. Bovendien besefte ik dat ik me in een onhoudbare spagaat bevond: enerzijds mijn job in Wealth Management, dat gericht is op veel geld verdienen, en anderzijds mijn ervaringen in Nepal.

Mijn prioriteiten en belangen waren verschoven. De eerste teamvergadering op het werk nadat ik uit Nepal teruggekomen was, ging over de verhoging van de winst van een bank die in feite al heel vermogend was. Toen ben ik echt gaan twijfelen aan de zinvolheid van mijn job. Die race voor winst, die zucht naar ‘meer’, paste niet meer bij mijn veranderde levenshouding. Ik was daar niet meer gelukkig, maar ik had nog niet de moed daaraan iets te veranderen.

Het ontbrak me eveneens aan de moed om een eigen kindertehuis te bouwen. Tot april 2016. Met 8.000 euro startkapitaal, mijn partner als steun, met Sudama en met de beelden van de verwoeste dorpen in mijn hoofd, durfde ik de droom die ik al zo lang in mijn hoofd had, te realiseren. Toen we die plannen met Sudama besproken hadden, begon hij onmiddellijk een geschikt stuk grond te zoeken. Twee weken later had hij er al een gevonden. We bezochten het op de laatste dag van onze reis. Op mijn vraag hoeveel kinderen we daar zouden kunnen onderbrengen, antwoordde Sudama: “Wat je met een hart doet, heeft geen grenzen“. Hij heeft gelijk, wat je met passie en met heel je hart doet, voert naar succes.

De bouw van het kindertehuis begon in oktober 2016. Met de hulp van velen kon Sabina’s Home ­– de kinderen hebben die naam zelf gekozen – in november 2017 afgewerkt en ingewijd worden tijdens een Pooja-feest. Wat een dag! Alle kinderen van het flessenhuis waren aanwezig. Een brahman-priester voltrok de ceremonie en ik mocht de eerste nacht in het nieuw gebouwde tehuis slapen, diep ontroerd door het vertrouwen dat honderden mensen in mij hebben gesteld met hun giften. Ik ben hun heel veel dank verschuldigd.

De sprong wagen

In Nepal heb ik een droom verwerkelijkt, die ik in 2011 had. Meer kinderen uit arme families hebben in Sabina’s Home een thuis gevonden, waar ze opgroeien zonder honger, waar ze kunnen leren en spelen en een goede kans hebben om door een opleiding de vicieuze cirkel van de bittere armoede te doorbreken. En waarom zou het in Duitsland niet lukken om vanuit een hartsverlangen aan een project te werken als dat in Nepal wel gelukt was? Dankzij mijn project in Nepal heb ik mogen ervaren wat er allemaal mogelijk is als men vurig verlangt. Nu had ik de moed ook in Duitsland die sprong te wagen. Ik heb nu een eigen bedrijf in de sportbusiness en ben volledig met mezelf in het reine. Ik verheug mij op elke werkdag en heb ook in mijn beroep een nieuwe zin gevonden. Daarenboven ben ik verhuisd naar het platteland, op slechts vijftien minuten van de 2.000 meter hoge Alpen. In Nepal heb ik geleerd dat ik uiteindelijk niet zoveel nodig heb om gelukkig te zijn. Wat mij gelukkig maakt, heb ik gevonden, in Nepal, in Duitsland maar vooral in mijzelf.

Over enkele dagen vlieg ik weer naar mijn kinderen; meer dan 80 zijn het er ondertussen. Ik kijk erg uit naar het weerzien. Ik heb mij voorgenomen een Olympiade te organiseren, zowel voor sport als voor Engels en wiskunde. Toen Sudama het concept daarvan aan de leraars had voorgesteld, hebben ze het spontaan Sabina’s Sport Festival genoemd. Zo zal er voortaan elk jaar een Sabina’s Sport Festival plaatsvinden. Het ontroert me dat ik de vredesboodschap van een olympiade kan schenken aan de kinderen in Nepal. Daarom als afsluiting een citaat van Mahatma Gandhi: “Als we echte vrede in de wereld willen verkrijgen, moeten we met de kinderen beginnen”.

(Vertaling uit het Duits: Erik Eynikel)

------------------

Sabine Tscharntke (1971, Eisenach) volgde een opleiding tot bankier en was tot eind 2016 in de bankensector werkzaam. Daarna volgde ze een opleiding tot berggids en personal trainer. Nu werkt ze in verkoop en marketing voor Core Stix Duitsland. De bergen zijn haar grote liefde, evenals de kinderen in Nepal voor wie ze zich met hart en ziel inzet.

www.corestix.biz/social-power

[box type="shadow"]

Bron: Tijdschrift voor Geestelijk Levennr. 2019/2, themanummer:  Reizen. De weg is het doel.

Voor verdere informatie over TGL zie www.tgl.be. Besteladres Nederland: [email protected]. Besteladres België: [email protected] of [email protected]. Kosten per los nummer: € 8,50 plus verzendkosten.

 

 

 

[/box]

Maak meer verhalen mogelijk met een donatie

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.