In haar nieuwe essaybundel 'Doe je best' stelt Marjoleine de Vos vragen bij datgene waar we doorgaans makkelijk (of maar liever)  aan voorbijgaan. Toch worden haar overdenkingen nergens zwaar of gelijkhebberig. Haar antwoorden relativeren eerder -  je kunt niet meer dan je best doen. "Daar gaat iets mateloos troostrijks van uit", zegt recensent Liesbeth Gijsbers.

Door Liesbeth Gijsbers

Nooit geweten: dat er maar liefst achthonderd verschillende soorten fruitvliegjes bestaan. Nog wonderbaarlijker: dat die piepkleine beestjes er een kieskeurig liefdesleven op na houden. Ze paren alleen met een liefje van de eigen soort. Hoe ze elkaar herkennen? Via een microscopische geurmolecuul!

Ik las het in de prachtige essaybundel Doe je best, Lof van het ongrijpbare leven van Marjoleine de Vos (1957), dit voorjaar verschenen bij uitgeverij Van Oorschot. De bundel gaat niet over fruitvliegjes maar over onszelf en de even wonderbaarlijke manier waarop wij ons leven leven. Want ook daarover kun je je mateloos verbazen: hoe wij ons, ondanks de grillige onvoorspelbaarheid van ons levenslot, doorgaans dapper staande weten te houden. Hoe doen we dat? In twintig scherpzinnige verhalen doordenkt De Vos die vraag.

De waarheid

Ze opent haar bundel met een persoonlijke anekdote over een hilarische ontmoeting met een beroemd dichter. Die wierp haar een kwart eeuw geleden de vraag toe: "En waar gaat het jou nou om in het leven?" Overdonderend, zowel de vraag als de man. Van haar reactie herinnert ze zich dan ook niets. Toch ontstond er met de jaren, schrijft ze nu, een antwoord: ‘De waarheid. […] Het gaat mij om zoiets als de waarheid over ons bestaan. Wat kunnen we weten, in hoeverre hebben we ons leven in de hand, wat begrijpen we, wat willen we geloven of willen we niet geloven maar denken we stiekem toch? Dat soort vragen.’

In Doe je best staan die vragen centraal. Niet dat zo’n waarheid ergens te vinden zou zijn. Voor absolute waarheden ben je bij De Vos sowieso aan het verkeerde adres. Ze denkt meer in mogelijkheden dan in zekerheden. Nee, het is juist de verborgenheid van de waarheid die haar mateloos fascineert. Want is er een erger menselijk lot denkbaar, zo vraagt ze zich af, dan wat de filosoof Samuel IJsseling treffend de ‘volledige onverborgenheid van onze werkelijkheid’ heeft genoemd? Denk het je eens in: dat je verlangen naar een antwoord voorgoed gestild zou worden in een absoluut weten over je bestaan. Afschuwelijk.

Maar terwijl de verborgenheid van de waarheid dus misschien wel onze grootste redding is, doen we niettemin sinds mensenheugenis onvermoeibaar ons best haar te vangen. Langs de weg van religie en filosofie, of via oude en nieuwe verhalen, met poëzie, in beeldende kunst of muziek, en in het verhaal dat we weven van ons eigen leven. Overal zoeken we naar glimpen van een vermoede (of gehoopte) waarheid om op voort te kunnen gaan, in ons onzekere bestaan.

Speels gemak

De Vos begint elk verhaal met iets kleins: een krantenbericht, een herinnering, een geur, een gedicht, een zinsnede uit een aria, een journaalbeeld van de oude Demjanjuk onder een deken in de rechtszaal, een schilderij van Madonna met haar kind, de opwindende eigenschappen van een garnaal, een bijzondere reiservaring, het eigen bankje voor het huis, met uitzicht op de tuin. Werkelijk alles kan voor De Vos het uitgangspunt zijn voor dat ene: haar zoektocht naar de waarheid over ons bestaan.

Met humor en speels gemak, zo lijkt het, associeert ze scherpzinnige verhalen rond boeiende levensvragen als wat is liefde, hoe ga je om met de ‘plicht tot geluk’, wat zijn onze herinneringen eigenlijk waard, hoe stel je je teweer tegen de weemoed, hoe leef je door na een verlies van een geliefde aan de dood, hoe ga je om met jezelf?

Mateloos troostrijks

De Vos stelt vragen bij datgene waar we doorgaans geen vragen (meer) bij stellen, ze keert werkelijkheden om in hun tegendeel, en legt bloot wat je misschien liever onder het tapijt zou houden. Het prettige van haar denk- en schrijfstijl vind ik vooral de luchtige openheid ervan. Het is of de wind – ze woont in het hoge noorden – er vrij doorheen blaast.

Haar verhalen ademen een aangenaam soort relativisme, ook omdat ze nergens bezig is haar lezers ergens van te overtuigen. Ze maakt je slechts ruimhartig deelgenoot van haar eigen denkbewegingen en nodigt je uit de jouwe te maken. ‘Af’ zullen ze nooit zijn omdat een zoektocht naar iets permanent verborgens dat nu eenmaal niet in zich draagt. We kunnen alleen maar ons best doen. Daar gaat iets mateloos troostrijks van uit.

--------

Marjoleine de VosDoe je best, Lof van het ongrijpbare leven, Van Oorschot (2018), 155 blz., € 17,50.

Marjoleine de Vos, (Oosterbeek, 1957) is dichter, essayist, journalist, kinderboekenschrijver en bloemlezer.
ze studeerde Taal en Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Sinds 1987 is ze redacteur bij NRC Handelsblad. In die krant schrijft ze over kunst, literatuur en koken en heeft ze een tweewekelijkse column op de opiniepagina.

 

 

 

 

 >> Lees ook andere bijdragen van Liesbeth Gijsbers

Maak meer verhalen mogelijk met een donatie

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.