De grond van ons bestaan, dat is geen beeldspraak voor iets heel diepzinnigs. We hebben het over de ‘humus’, de vruchtbare aarde. Voor die letterlijke grond van ons bestaan zouden we wat meer respect mogen hebben, oppert Lisette Thooft. Nogal wat mensen zijn vervreemd van hun grond, zoals ze zich ook maar matig bewust zijn van hun lichaam. Het is een hele reis om in je lijf terug te keren, weet zij uit ervaring. Kerst is bij uitstek een feest om je hierop te bezinnen. Het is het feest van de ‘humility’ (nederigheid), het verhaal over de ziel die zich intens verbindt met de aarde.
Door Lisette Thooft
Onlangs was ik bij de feestelijke lancering van een mooi initiatief: helphumus.nu, een petitie die je kunt tekenen als je óók vindt dat we moeten ophouden onze aarde onvruchtbaar te maken (helphumus.nu). Driekwart van de erosie van alle grond wordt veroorzaakt door de industriële landbouw: chemicaliën en zware machines maken de humuslaag kapot. Er zou meer respect moeten zijn voor die talloze nietige wriemelbeestjes, wormpjes en schimmeltjes die onze bodem vruchtbaar maken en houden. Humus – het woord is verwant met humility en ook met homo, mens – is onaanzienlijk, maar van levensbelang.
De eerste spreker van de lanceringslunch vroeg zich af waarom het gros van de mensen hier zo weinig om geeft en klakkeloos goedkoop voedsel koopt waarmee ze de aarde kapot eten. Hoe komt het dat er zo weinig bewustzijn is van de grond van ons bestaan? Daar had ik in mijn praatje wel een antwoord op.
Onderbuik
We zijn ons ook niet bewust van ons lichaam, zei ik. Bijvoorbeeld van onze onderbuik die ook vol nietige wriemeldingetjes zit, bacteriën en schimmeltjes die onze darmen gezond houden. We zitten te veel ‘in ons hoofd’, zoals dat heet.
Ik weet dat omdat ik zelf in mijn jeugd in mijn hoofd ben gekropen – als reactie op de onveiligheid om me heen. Het was te heftig om al die emoties te voelen en ik verschanste mij in mijn harde schedel. Ging denken in plaats van voelen, werd een braaf schoolkind en ontkoppelde mijzelf van mijn eigen grond. Dissociëren heet dat in psychologentaal. Later, toen ik er last van kreeg, probeerde ik uit alle macht om weer in mijn lijf terug te komen. Daar ben ik trouwens nog steeds mee bezig – het is een lange weg van je hoofd naar je hart, en je buik.
Als je het zelf doet, herken je het in anderen en ik zie heel veel mensen losgekoppeld van hun eigen grond, hun lijf. Meestal begint dat ergens in de jeugd. Het is alsof we vreselijk schrikken als onze zielen op aarde belanden, alsof het te onveilig is om er meteen helemaal te zijn, alsof we terugdeinzen. Of stuiteren, precies zoals de Philae, dat onderzoeksstation dat naar een komeet gestuurd werd en bij de landing weer een eind omhoog stuiterde. We bereiken de aarde, merken in wat voor een klein kwetsbaar vleeshemdje we terechtgekomen zijn en schrikken onszelf weer een eindje weg van die grond, ons hoofd in.
Escapistisch amusement
Op dit moment beleven we uiterst materialistische tijden – de wetenschap houdt vol dat geest en ziel niet bestaan, dat bewustzijn een bijeffect is van onze hersencellen die toevallig door evolutie ontstaan zijn, en de rest is flauwekul. Het slechte nieuws is dat we meer ontsnappingsmogelijkheden hebben dan ooit, uit ons o zo kwetsbare gevoelslijf. De welvaart levert eindeloos escapistisch amusement op en dan heb je nog al die schermen waarachter zovelen van ons uren per dag zitten, totaal vervreemd van ons lichaam.
Het goede nieuws is dat zoveel mensen dat op dit moment beseffen. De populariteit van mindfulness en yoga is daarvan een teken, en al dat lichaamswerk dat aangeboden wordt op het moment, ademwerk, haptonomie, massages, biostressrelease, rebalancing, postural integration, noem maar op en ga maar door… Er is een hele nieuwe tak van therapie bijgekomen die zich bezighoudt met lichaamsbewustwording.
Kerstmis
Misschien is kerstmis wel bij uitstek het moment om stil te staan bij onze grond, bij het indalen in het eigen lijf. Mythosofisch gezien is kerstmis het verhaal van de ziel, elke ziel, die op aarde komt. Gezien vanuit het hemelrijk is het altijd een armoedig begin hier, belanden we allemaal in een kribbetje in een stal. Moeten we allemaal oppassen voor machthebbers die het op ons gemunt hebben en komen we op onze vlucht daarvoor altijd in de benauwenis terecht.
Maar in de hemel juichen de heerscharen bij onze geboorte, omdat er weer een ziel zo dapper is geweest om die afdaling naar de onderwereld – het rijk van de dood, onze aarde, waar alles sterft – aan te gaan. Dapper genoeg om het stroeve, weerbarstige en ingewikkelde leven in de materie te leven, om al dat pijnlijke gevoel te voelen dat ermee gepaard gaat en er wijzer van te worden.
Kerstmis is het feest van de goddelijke ziel die nederig op de grond terechtkomt om gekruisigd te worden in het aardse bestaan. Het minste wat we kunnen doen is een kerstdiner opdissen waarmee we niet alleen onze eigen onderbuik, maar ook de grond gezond eten.