Marlon Wong-Sioe
Marlon Wong-Sioe

We moeten ons meer bewust worden van onze innerlijke goedheid. Dan maken we een spirituele, liefdevolle samenleving mogelijk. De omstandigheden voor zo’n samenleving zijn nu gunstiger dan ooit omdat de digitale communicatie wereldwijd uitwisseling van ideeën meer mogelijk maakt. Steeds meer willen mensen het goddelijke zelf – zonder tussenpersonen – ervaren met het eigen hart als leidraad. Dat zegt Marlon Wong-Sioe (32) in zijn boek ‘Een spirituele samenleving’. Hij studeerde hbo-theologie, richtte een Spirituele Jongerengroep op en is nu werkbegeleider in de geestelijke gezondheidszorg in Amsterdam.

Door Cees Veltman

Je bent rooms-katholiek gedoopt en zat op een protestants-christelijke school. Daar genoot je van de Bijbelverhalen, zo beschrijf je in je boek. Heeft die achtergrond jou op het spoor gezet van 'Een spirituele samenleving'?

“Ja en mijn ouders hebben dat ook gedaan met hun aandacht voor spiritualiteit en oosterse filosofieën zoals de advaita-leer. Die leert dat er maar één realiteit bestaat, een realiteit van liefdevolle en complete eenheid. Die realiteit kun je ook God noemen. Op de basisschool zag ik het verhaal van de kruisiging van Jezus als een extreem voorbeeld van liefde die alle pijn, narigheid en angst overwint, precies wat ik later las in Een Cursus in Wonderen. Dat is voor sommigen een controversieel boek vanwege de radicale ideeën die erin staan, zoals het radicaal vergeven van wat mensen je, in jouw ervaring, hebben aangedaan.

Als ik aan mensen denk die mij op een persoonlijke wijze op een spiritueel pad hebben gezet, denk ik toch vooral aan mijn ouders. Ik ben ook wel eens naar een lezing van Barbara Brennan geweest in Amsterdam. Zij is een Amerikaanse schrijfster over spirituele onderwerpen. Voor ze zich in spiritualiteit ging verdiepen, deed ze als natuurkundige onderzoek naar satellieten bij de NASA. Haar aandacht ging op een gegeven moment echter van ‘outer space’ naar ‘inner space’. Ze heeft onder andere veel geschreven over handoplegging. Ze biedt ook mooie modellen aan. Het intellectuele gaat bij haar samen met het spirituele, wat ik erg kan waarderen.

Naar eigen zeggen heeft Brennan diepgaande ervaringen met Jezus en Maria gehad en tijdens sommige van haar workshops ervaart ze sterk de kracht van de heilige Geest, die ze soms Shekinah of nog anders noemt. Brennan deed tijdens de lezing die ik bezocht op een gegeven moment een paar seconden een soort meditatieve oefening die de hele sfeer in de zaal even veranderde alsof er een heel positieve verschuiving plaatsvond. Dat vond ik bijzonder en het heeft me geholpen. Ik ben nog steeds blij dat ik die lezing heb bezocht.”

Op de middelbare school verveelde je je een beetje, ook omdat er weinig aandacht was voor zingeving, behalve met kerst en Pasen, schrijf je.

“Ja, ik begon toen al te schrijven voor dit boek om voor mezelf meer helderheid te krijgen over spiritualiteit. Wat ik voor waar aannam, was anders dan wat veel anderen voor waar aannamen en wie had er nu gelijk? Ik vond dit als criterium: heb ik lief en is de opvatting die ik heb liefdevol en leidt zij dus tot liefde. Als dat zo is dan moet dat de juiste opvatting zijn.

Ik las als scholier ook boeken over bewustzijn, positief denken en yoga en maakte een werkstuk over “de aura, het menselijke energieveld” voor het vak biologie. Ik richtte tijdens mijn stageplek het Ronde Tafelhuis, een Spirituele Jongerengroep op. Onder spiritualiteit versta ik de ervaring van en het streven naar liefde. Ik heb altijd een besef van eenheid gehad, soms sterker dan op andere momenten. Voor een harmonieus leven is een bewustzijn nodig van onderlinge verbondenheid van al het leven, een holistisch wereldbeeld. De ruimte om ons heen is gevuld met energie die overal is en alles doordringt. Via deze energie – positief of negatief – beïnvloeden we elkaar en onszelf. In een sfeer van racisme – zoals die nu wordt bevorderd door de huidige Amerikaanse president – grijpen mensen sneller naar geweld dan in een liefdevolle en harmonieuze samenleving.”

Hoe realistisch is zo’n liefdevolle maatschappij?

“Ultiem gezien is liefde de enige realiteit, want wij zijn zelf deze liefde. Alles wat niet liefdevol is, is tijdelijk. Liefde is wat we altijd wensen te ervaren. Door voor liefde te kiezen, kunnen we een maatschappij creëren die deze liefde weerspiegelt, een maatschappij waarin iedereen zich gelukkig en veilig kan voelen. Ik denk dat zo’n maatschappij mogelijk is. Vergeet niet dat er in het verleden al veel goede dingen zijn gebeurd die we nooit hadden verwacht: gelijke rechten voor vrouwen, het homohuwelijk en afschaffing van veel slavernij. We hoeven alleen maar te kiezen voor het enige dat waarlijk realistisch is, de liefde.”

Christus is onze essentie, zeg je.

“Je mag het ook ‘het zelf’ noemen. Jezus is voor mij een grote inspiratiebron omdat zijn leefwijze voorbeeldig liefdevol was. Jezus zie ik als een universele figuur die het christendom overstijgt. Hij was een zoon - of noem het dochter - van God, maar dat zijn we allemaal. We kunnen allemaal Christus zijn en zijn dit in essentie ook. Dat staat in de Bijbel. “Als Christus komt, zullen wij zijn zoals hij, omdat wij hem dan zien zoals Hij werkelijk is. (1 Joh. 3,2). De wederkomst van Christus die in de Bijbel wordt genoemd, kun je opvatten als het zien van Christus – dus van liefde – in ons allemaal. Dan handel je vanuit het besef dat iedereen in essentie liefde is. Dus als we Christus zien zoals hij werkelijk is, zien we dat hij één is met ons en dat wij één zijn met Hem.

Ik put in mijn boek uit zes wereldreligies. De gulden regel uit Matteüs: behandel mensen in alles zoals je wilt dat ze jou behandelen, komt in heel veel levensbeschouwingen terug. Wat me aanspreekt in de Bhagavad Gita – Het lied van God – is de belofte dat we in het hier en nu verlossing kunnen bereiken. De Gita laat zien dat juist gedrag van individuen – gekenmerkt door geweldloosheid, matigheid en soberheid – ertoe doet en de wereld in evenwicht houdt. Devotie is dan misschien de beste weg naar verlossing. De Amerikaanse schrijfster Marianne Williamson – die nu presidentskandidaat is – zei: we moeten net zo toegewijd zijn aan liefde als een terrorist toegewijd is aan een wereldbeeld gevuld met haat.”

We verkeren nu in een spirituele crisis, schrijf je.

“Ja omdat we vaak niet weten wie we ten diepste zijn, namelijk prachtige, grenzeloze liefde. Omdat we geloven in afgescheidenheid. Dan hou je geen rekening met het geheel en met het individu. Dan ontken je de intrinsieke waarde van ieder mens en van de natuur. Dan ontken je de universele liefde die veel dieper gaat dan bloedverwantschap, cultuur of nationaliteit.

De crisis bestaat erin dat we niet kunnen geloven dat er genoeg is voor iedereen. Daardoor ontstaat een houding van 'je moet pakken wat je pakken kan'. We geloven vaak dat we een ander het leven zuur moeten maken om zelf te kunnen krijgen wat we graag hebben. Dat is alsof je in een zwembad zelf schoon water wilt hebben, terwijl je voor andere zwemmers vervuild water goed genoeg vindt. Met alles wat je doet, beïnvloed je je leefomgeving en de hele wereld. Het is onze spirituele taak onze liefde te ontdekken en die liefde te laten zien. Alles is liefde of een schreeuw om liefde, zegt Een Cursus in Wonderen. En van Theresa van Avila is de uitspraak:  'Christus heeft nu op aarde geen ander lichaam dan het jouwe, geen andere handen dan de jouwe. Van jou ook zijn de ogen waardoor Christus met mededogen naar de wereld kijkt.' Dat vind ik een hele mooie gedachte.

Laat uw leven leiden door het principe van de liefde en rechtvaardigheid, staat in Bijbelboek Hosea. De liefde weet wat verstandig is omdat niets aan haar aandacht ontsnapt. Maar we nemen vaak besluiten uit angst, verdriet en woede. Het is niet altijd gepast om te zeggen dat er geen reden voor angst is, want dan kan iemand zich onbegrepen voelen en zich daardoor nog onveiliger voelen. In plaats daarvan kunnen we elkaar ondersteunen. Dan heb je oog voor de wereld en de mensheid. Dan sluit je de grenzen niet voor vluchtelingen. Mensen kunnen zich verschrikkelijk gedragen, maar ieder mens is goed vanbinnen. Dat is de kern van mijn geloof en een sterke basis om een samenleving op te bouwen.

Die innerlijke goedheid is één met God, volgens de Bijbel en ook bijvoorbeeld het soefisme, een mystieke stroming binnen de islam, gaat hiervan uit. Het is arrogant om te zeggen dat we los van de liefde, van God, kunnen bestaan. Nu gaat het erom die goedheid zoveel mogelijk tot uiting te brengen. Je hoeft niet perfect te zijn, maar doe je best.”

Je boek is revolutionair want je bepleit een grote sprong voorwaarts naar een rechtvaardige maatschappij. Hoe is dat mogelijk? Zitten we niet te zeer in het huidige kapitalistische systeem gevangen?

“Het systeem is niet onze essentie, we zijn geen enkel systeem. We worden wel vaak gedwongen mee te doen in een kunstmatig systeem om gewaardeerd te worden en om te kunnen overleven. Het gebod ‘Gij zult niet stelen’, is lastig na te leven als je in een westers land woont waar veel goederen op een niet ethische manier worden geïmporteerd. Maar we kunnen allemaal een schakel zijn in een systeemverandering en in een meer menswaardige en rechtvaardige regelgeving.

Vaak denken we veel welvaart te moeten opofferen voor een rechtvaardiger wereld. Ik denk dat het enige wat we moeten opofferen onze angst en hebzucht is, de grote hinderpalen voor liefde. We hoeven alleen maar op te offeren wat we diep van binnen niet willen: angst, liefdeloosheid en hebzucht. Dat besef kan confronterend zijn. Dan moet je erkennen dat je die negatieve gevoelens hebt. Maar tegelijk heb je de mogelijkheid die liefde in jezelf te ontdekken. Als we ons hart volgen, komt de verbetering van de wereld vanzelf. We kunnen niet allemaal op politiek niveau doorslaggevend zijn, maar op een dieper niveau kunnen we toch de doorslag geven door onze manier van leven en door liefde door te geven.”

Je schrijft niet altijd het gevoel te hebben volledig te doen wat je hart je ingeeft en niet altijd liefdevol te handelen. Hoe ver moet je gaan in het geven van liefde?

“Ik heb inderdaad niet alleen maar positieve gevoelens. Ik voel me wel oké, maar door allerlei maatschappelijke eisen heb ik niet altijd het gevoel dat ik volledig doe wat mijn hart mij ingeeft. Ik handel misschien niet altijd even liefdevol, maar streef er wel naar. Daarom ben ik bijzonder geïnteresseerd in de vraag of en hoe samenwerkingsverbanden een liefdevolle houding kunnen versterken. We kunnen het als individu alleen goed hebben als we rekening houden met anderen. Volgens de Thora is, wie tegen onrecht kan protesteren maar dat niet doet, medeplichtig aan de daad. Ik geloof dat deze aarde een paradijs kan zijn als we vanuit ons hart en onze intuïtie handelen. We zien nu helaas weinig spiritualiteit in de politiek.”

Bij de VVD bijvoorbeeld is weinig compassie met mensen die weinig maatschappelijk aanzien hebben. Die partij vierde het als een overwinning dat Nederland minder vluchtelingen via de Verenigde Naties gaat opnemen.

“Inderdaad, dat is heel jammer. Mensen die op zo’n soort partij stemmen en ervan uitgaan dat mensen die in problemen zitten die problemen vooral aan zichzelf te wijten hebben, snijden zichzelf in de vingers. Onrecht en ongelijkheid leiden namelijk tot maatschappelijke onrust. Die laat zich niet altijd duidelijk zien, niet zo in Nederland, maar ze zijn schadelijk voor iedereen. Onrust in het buitenland beïnvloedt ons hier ook.”

Volgens de populaire Amerikaanse schrijver Mark Manson (De edele kunst van not giving a fuck) moeten we accepteren dat de wereld een puinhoop is en zal zijn. Dan houd je vanzelf op met jezelf te haten. Het verlangen naar positievere ervaringen noemt hij in wezen een negatieve ervaring. De acceptatie van negatieve ervaring is juist een positieve ervaring. Je moet prioriteiten stellen en doen waar je in gelooft, in de wetenschap dat je doel je eigen belang overstijgt. Voortdurend positief zijn, noemt hij een vorm van vermijding en geen goede oplossing voor problemen. Hij pleit voor verantwoording nemen voor alles wat zich in je leven voordoet, ongeacht wiens fout het is.

“Daar kan ik gedeeltelijk in meegaan. Het accepteren zie ik als het serieus nemen van wat er gebeurt in de wereld. Als er iets misgaat in de samenleving, moeten we niet zeggen dat ‘iemand’ er iets aan moet doen. Die ‘iemand’ kunnen wij zelf zijn. Dus we kunnen allemaal op een unieke manier die bij ons past wat moois bijdragen. Als anderen de fout in gaan met crimineel gedrag, moeten we nagaan of we misschien zelf hebben bijgedragen aan een sfeer van woede en haat in de samenleving. Ook onze gedachten beïnvloeden anderen. Hoe liefdevoller wij zijn, hoe minder invloed mensen die niet liefdevol zijn op ons zullen hebben. Franciscus zei het mooi: alle duisternis in de wereld is niet in staat om ook maar de kleinste kaars te doven.”

Uiteindelijk is religie niet nodig, schrijf je.

“Ja, geen enkele religie is volledig en geen enkele religie is beter dan de andere religie. God geeft niet om religie maar om ons. Maar religie kan je wel steun geven, kan een mooi hulpmiddel zijn om ons bewust te maken van de liefde en om ons terug te voeren naar onszelf, de liefde. In het boeddhisme wordt religie vergeleken met een vlot om naar je volgende eilandbestemming te gaan. Eenmaal aan de overkant heb je dat vlot niet meer nodig en kun je het wegdoen.”

-----------------------

Marlon Wong-Sioe, ‘Een spirituele samenleving, Een gids om mens-, dier-, en milieuvriendelijk samen te leven’, Boek-Scout, 402 blz., € 24,49.

www.marlonwongsioe.com 

 

Maak meer verhalen mogelijk met een donatie

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.