Het oudste klooster van Nederland, waar veel archieven van Nederlandse kloosters worden bewaard, brengt Marinus van den Berg even terug in het verleden. Naar dat van kloosterlingen en missionarissen, maar ook naar zijn eigen verleden. Tegelijk is voor hem een klooster meer dan verleden tijd.

Door Marinus van den Berg

Soms krijg je zoveel meer dan je verwacht. Deze ervaring zou ik op een spreukenbordje willen zetten en naar het oudste klooster van Nederland in Sint Agatha willen sturen, waar ze bordjes met spreuken in de tuin hebben staan. Misschien is er nog plaats voor eentje, maar dan graag zonder naam.

Het mocht wel niet, maar de vrijwilliger op de buurtbus aan station Cuyk, wilde me wel even voor de poort van het klooster afzetten. Er was in de lijn door Sint Agatha gesneden. Eenmaal in de week rijdt hij de buurtbus.

Met enkele fietsers kon ik schuilen onder de kloosterpoort tot een vrijwilliger het bezoekerscentrum opende. Er was geen entreegeld en de koffie liep al. “Het is alsof je hier in het verleden bent”, zei ik. Dat is niet altijd een compliment, maar nu wel. De rust, de stilte niet ver van de rivier de Maas..., het is hier zo anders dan waar ik woon. Na een paar uur reizen is een schoon toilet ook een weldaad om te noemen. Het wordt allemaal door vrijwilligers onderhouden.

Martelaren

Ik was gekomen voor de expositie 'Kloosters op een keerpunt'. De agenda van de Bezieling had me erop attent gemaakt. Sinds het begin van dit jaar werk ik aan een geestelijk testament van een van de grootste zusterscongregaties. Juist als ik de expositieruimte binnenloop hoor ik zuster Esther Geertsema die nu overste is van de Kleine Zusters van de H. Joseph. Ze vertelt over de zusters die naar China gingen en die ervan uit gingen niet meer terug te zullen keren maar er als martelaren te zullen sterven.

Ik dacht even aan die verfilmde, beklemmende roman Stilte van de Japanse schrijver Shusaku Endo (1). Na de koffie kom ik al snel in een ander ver verleden. De twijfels over de missie, vooral de stijl, maar dat was pas in de jaren zestig. Op een andere video hoor ik een ex-missionaris daarover praten. Tegelijk loop ik als 72-jarige door mijn eigen verleden. Sint Agatha van de Kruisheren was niet echt ver van de Karmelieten in Boxmeer waar ik zelf ongeveer een half jaar in het noviciaat was.

Getwijfeld

Daar las ik het boek Het einde van het conventionele christendom van W. van de Pol (2). Dat boek zette mijn verleden tot dan toe op zijn kop en doet dat tot op de dag van vandaag. Er werd niet alleen aan de missie getwijfeld maar aan steeds meer. Het was niet zo gemakkelijk om daar met anderen over te praten, zegt zuster Laetitia Aarnink, overste van de zusters van JMJ (Jezus, Maria en Jozef) in een video.

Ze zegt mooie dingen over het overdragen van dat haast overweldigende kloostergebouw Mariënburg in Den Bosch aan een nieuwe beheerder. “Wat te groot wordt, keert zich tegen je”, hoor ik haar zeggen. Ook een gezegde om op een bordje te zetten en een plaats te geven in de tuin. Maar dan met haar naam. Zij verdient het, al zal ze dat zelf niet vinden. Zij die via haar werk aan het Titus Brandsma Instituut en via het tijdschrift Speling zoveel heeft betekend: opdat we niet in het verleden opgesloten zouden raken, maar zouden kunnen zien hoe het verleden vruchtbaar is voor nu en morgen.

Ontvangen

Ik was gekomen voor de expositie, zag kort het iconenatelier en de kerk met koorbanken uit een verdwenen zustersklooster die dankzij vrijwilligers nu een plaats hebben in de kloosterkerk, waar nog iedere dag gevierd wordt dat we meer dan verwacht ontvangen, om over verdienen maar te zwijgen.

Maar ik werd niet minder verrast door de tuin die een wandeling waard is en waar soms, onder leiding van collega geestelijk verzorger Pluis van der Ven, een natuur- en meditatiewandeling plaatsvindt. Het is een tuin die mij blij stemde. “Het belangrijkste is dat je blij bent”, zei op het station van Rotterdam een machinist die ik even sprak. Hij kon wel van Columbiaanse afkomst zijn.

Van die tuin werd ik blij en vooral van de ovaalvormige diepe vijver met wel zeker 33 open bloeiende waterlelies en van de bankjes om te zitten. De zon scheen en als het regent duiken de lelies in het modderwater onder, maar gaan niet te gronde. Aan waterlelies heb ik al vele jaren een onvergetelijke herinnering, beschreven in mijn boek Het einde is het einde niet (3).

"Binnenkort worden we nog vervolgd", zegt de broeder, meester in het boekbinden, die me gratis naar het station terugbracht. Hij hoopt op meer waardering van de overheid en de samenleving voor wat al die kloosterlingen - die niet kozen wat ze wilden maar beschikbaar waren - betekend hebben voor de samenleving en de cultuur. Ik stem van harte met hem in. Ik lees in de media over medicatieverslaving en over steeds meer jongeren met een burnout. Ik wens meer mensen een dag of een aantal dagen toe in dit erfgoedcentrum* met haar kloostertuinen. Je krijgt meer dan je kunt verwachten.

-------------------------------

* In het klooster Sint Agatha, onder de rook van Nijmegen, is het Erfgoedcentrum Nederlands Kloosterleven gevestigd. Het centrum bewaart archieven, publicaties, voorwerpen en audiovisueel materiaal van ruim honderd kloostergemeenschappen.

Lees ook: Oudste klooster van Nederland wil klooster van de toekomst worden.

  1. Shusaku Endo, Stilte, Kok (2017).
  2. W. van de Pol, Het einde van het conventionele christendom, Romen en zonen (1966).
  3. Marinus van den Berg, Het einde is het einde niet, Gotmer (1990).

 

Maak meer verhalen mogelijk met een donatie

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.