Thuis heeft ze een eigen ruimte. Om de was te strijken. Nee, geëmancipeerd klinkt dat niet. Maar oordelen we niet te vlug? Misschien is die strijkkamer wel een meditatiekamer. Minder van allure dan een studeerkamer. Maar waar gaat het om in het leven? Om grootheid en glans, of om hartelijkheid en levensliefde. Ruimte en tijd voor het nutteloze. Marinus van den Berg komt er graag op die plaatsen waar ruimte en tijd met menselijke maat wordt gemeten. Of het nu gaat om een museum dat op vrijwilligers draait; om arbeidsplaatsen voor jongeren 'ver van de arbeidsmarkt'; of om een achterstandswijk waar rappers historie schrijven.
Door Marinus van den Berg
Ze doet vrijwilligerswerk, ziet er getraind uit en is afkomstig uit Rotterdam. Ze weet waar ik het over heb als namen als Katendrecht en Eendrachtsplein vallen. Ons gesprek gaat over arbeidsplaatsen voor jongeren die om een of andere redenen tussen wal en schip vallen. Jongeren die hun draai niet vinden in het huidige schoolsysteem. Jongeren van wie men zegt dat ze ver van de arbeidsmarkt af zijn geraakt. Er zijn allerlei namen voor wat er met die jongeren loos is, maar als het je zoon of dochter is, heb je een eigen verhaal. We spraken over een Japanse roman over een jongen die zich terugtrekt in zijn eigen huis. 'Hikikomori' heet dat en is een groot taboe in Japan. De roman laat de schaamte en de onmacht van de ouders zien. Jongeren lijken niet opgewassen te zijn tegen een samenleving die steeds meer eist. De arbeidsmarkt is een eisende, competitieve markt. Ze heeft steeds minder ruimte voor mensen met een tempo dat trager is.
Heilige Boontjes
In Rotterdam was ik gisteren op een plaats waar mensen werken die ver van arbeidsmarkt zouden staan. Ik was weer eens in bakkerij Vlinder aan de Binnenweg. Ik haalde er speltbrood. Eerder vorige week was ik in de bakkerswerkplaats: Wij Rotterdammers op Katendrecht. De dag ervoor dronk ik koffie in koffiehuis Heilige Rotterdamse Boontjes in het voormalige politiebureau. Daar vinden ex-criminele jongeren een nieuwe ruimte om de weg naar de toekomst te vinden. De sfeer op al deze drie plaatsen is een verademing.
Andere tijd en sfeer
Een vriendelijke en behulpzame jonge buschauffeur die het niet raar vond dat ik nog geen Samsung heb met een reis-app wees me de juiste bushalte om uit te stappen. “Dichterbij kan ik u niet brengen,” zei hij met zijn Brabantse accent. Ik zag al de lange muur van de abdij, liep een klein eindje om, volgde de aanwijzing voor de ingang, ging door de poort en stond ineens in een tuin die me in een andere tijd en sfeer bracht. Een ruimte die me afsneed van de razende drukte tussen Den Bosch en Veghel. Ik was in de tuin van het Museum voor de Religieuze kunst in Uden. Vaak van gehoord, nooit geweest. “Er zijn hiernaast nog vijf zusters en dertig lege kamers. Het enige wat ze doen is bidden. Ze mogen twee uur per dag praten en alleen naar buiten als ze naar de dokter moeten”, vertelde een medewerker. Ondertussen kreeg ik koffie met een heerlijk speculaaspopje. Het keek me gul aan.
Apocalyptische tijd
Het museum is gevestigd in de abdij van de zusters van de heilige Brigitta (1). Ik wilde het werk van Marc Mulders zien. Glazenier, fotograaf, schilder. Hij doet zijn werk, maar laat zich storen, onderbreken door de schokkende gebeurtenissen van deze tijd, zoals de aanval op de Twin Towers. Je vindt het terug in zijn werk. Religiositeit is voor hem niet een heimwee naar voorbij maar openstaan voor wat onze tijdgeest doorbreekt. Wat we het terrorisme noemen. Waar de aarde, de wereld van trilt en doet zeggen dat we in een eindtijd leven, in een apocalyptische tijd. Niemand die weet of het de eindtijd is. Die tijd was er in de tijd van Jeroen Bosch door wie Mulders zich geïnspireerd weet en die tijd lijkt er nu weer te zijn. Je kunt ervan gaan doemdenken maar je kunt ook zoeken naar een nieuwe ruimte. Deze gedachten kwamen op na het lezen van de begeleidende expositiegids (2).
Broederliefde
Bij de receptie van het museum ging het, toen ik weer wilde vertrekken, over teleurstelling in de gemeente die niet voldoende zou doen om dit museum op de kaart te houden, over de geringe opkomst om te luisteren naar een tienjarig meisje van een Russische moeder die als een moderne Mozart piano speelde en wat ik vond van zo een aanbod in het museum. We kwamen te spreken over aandacht en ruimte voor andere muziek dan blaasmuziek. Hoe wek je aandacht voor wat vroeger ernstige muziek heette en nu klassieke muziek? Ik had juist een cd van jongens van Broederliefde, de rappers uit Spangen, proberen te beluisteren. Wat een adembenemende tempi en wat een levensliefde. Luisteren en nog eens luisteren. Ik had interviews met hen gelezen in Trouw en NRC . Ook hier gaat het over ruimte.
Strijkkamer
Ruimte en hoop in schemerende tijden. Ik vertelde van een vrouw, een dichter, die in de serre van haar huis een eigen bureautje had gezet, waar haar man niet mocht komen. Dat had in de tachtiger jaren voor spanning gezorgd. Een eigen ruimte voor vrouwen moest vaak nog bevochten worden. Ook dat was een apocalyptische tijd. “Ik heb een eigen ruimte om te strijken”, zei de vrouw die geen violiste maar vrijwilligster was in het museum voor de religieuze kunst in Uden. Dat klonk weinig feministisch of geëmancipeerd en wel erg man-onderdanig. Nu moet ik bekennen: ook ik strijk mijn overhemden niet. Ze was al meer dan veertig jaar met dezelfde man. Het werd allemaal ongevraagd verteld. Toch denk ik misschien te snel dat zo een strijkkamer minder geëmancipeerd is dan dat eigen bureau van de dichteres. Misschien is die strijkkamer meer dan ik weet een meditatieruimte. Niet alleen worden er plooien gladgestreken maar ook overwogen. Misschien is het een helende ruimte ver van die arbeidsmarkt waarin je je eigen tempo kunt hebben en verborgen kunt huilen om de ruwheid en de harteloosheid van deze tijd en het verlangen naar heelheid en menslievendheid.
Niet gladstrijken
Ik las dat kleine musea die vaak werken met vrijwilligers, mensen ver van de arbeidsmarkt, het moeilijk hebben. Ik wil ze graag op de kaart zetten. In dit museum met religieuze kunst ontmoette ik mensen met een hart en een ziel. Ze raken me meer dan glas, hout en steen. Zij brengen glas, steen en hout tot leven. “Bent u kunstenaar of theoloog?” vroeg een van de vrouwen, gissend naar wie deze bezoeker toch wel kon zijn, die aan het balie-gesprek deelnam. Wat kon of wilde ik naar waarheid antwoorden? Steeds verder van de arbeidsmarkt… Niet gladstrijken wat niet glad te strijken is, is de taak van kunstenaars en theologen die met kerk en kunst op gespannen voet durven te leven zoals Marc Mulders doet. Het gaat om een eigen ruimte in een tijd waarvan men zegt dat het aantal mensen dat zich religieus noemt onder de vijftig procent aan het dalen is. Er is nog een strijkkamer beschikbaar. Een cel of een nieuwe ruimte om je te wijden aan bidden, dat nutteloze, voor het heil van de mensen en deze wereldtijd.
(1) Léon van Liebergen, 300 jaar Abdij Uden, te koop in de museumwinkel van het Museum voor Religieuze kunst, Uden.
(2) Expositiegids bij tentoonstelling Sferen in het Museum voor Religieuze kunst, Uden. NB: deze expositie is inmiddels voorbij.
Het album Hard Work Pays Off 2 van de populaire rappersgroep Broederliefde uit het Rotterdamse Spangen stond dertien weken op de eerste plek in de Album Top 100. Daarmee braken zij het dertien jaar oude record van Frans Bauer met zijn album Ons Geluk.