“Moslims horen er ineens gewoon bij”, schreef columnist Hans Goslinga afgelopen zaterdag in ‘Trouw’. Sinds de moord op Theo van Gogh, tien jaar geleden, is er wel iets veranderd. Nederland raakt stilaan vertrouwd met een Nederlandse islam, alle verontrustende berichten over Syriëgangers ten spijt. Dat is het goede nieuws na de aanslagen van vorige week in Parijs. Ruim een maand vóór die aanslagen interviewde Theo van de Kerkhof voor ‘Volzin’ Sheily Belhaj, een door en door Nederlandse moslima. “Het is een verwaarloosbaar percentage moslims dat moeite heeft met de rechtsstaat.” Deel 6 van de Volzin-serie ‘Jonge Denkers’.
Door Theo van de Kerkhof
“Liberale moslima is bijna een scheldwoord”, zegt Sheily Belhaj, maar zo voelt ze zich wel. De islam en de Arabische wereld noemt ze haar grote passie en die passie gaat heel goed samen met een vrijzinnige en feministische benadering van haar geloof, vindt ze zelf.
Sheily Belhaj (25) heeft een Nederlandse moeder en Tunesische vader. Ze studeerde hbo-journalistiek en Arabische taal en cultuur aan de Universiteit Utrecht. Ze werk nu bij de Moslim Omroep (MO) en daarnaast volgt ze de master religiewetenschappen. Ze woont samen met haar oer-Hollandse vriend. Een hoofddoek draagt ze niet. “Voor veel moslims is de hoofddoek helemaal niet zo’n item”, zegt ze. “Voor orthodoxe moslims natuurlijk wel. Ik ben wel eens geweigerd bij een interview alleen op basis van mijn foto op de sociale media. Zo van: ‘Ga jij eerst maar eens een hoofddoekje dragen en kom dan nog maar eens terug’. De Nederlandse moslimgemeenschap is gevarieerder dan veel mensen denken. Ikzelf ben niet zo van de vaststaande regeltjes en rituelen. Je moet kijken naar de waarden erachter. De tijden veranderen en iedere cultuur vraagt om een eigen invulling.”
Welke waarde schuilt er dan achter de hoofddoek?
“Het gaat om zedelijk gedrag. Dat is op zichzelf een hoge waarde. Maar ik geef daar mijn eigen invulling aan. Het Nederland van nu is het Arabisch schiereiland van 600 niet. Je kunt je heel goed zedelijk kleden in een spijkerbroek en coltrui.
Zo denk ik ook over ritueel slachten. Veel moslims zijn in mijn ogen daar te star in. Het moet precies zus en zo gebeuren, met één snee van het mes, terwijl tegelijkertijd de spreuk Bismillah Allahu Akbar moet worden uitgesproken. Dan is het halalvlees. Maar wat er achter zit is de gedachte dat de slacht zo pijnloos mogelijk gebeurt en vroeger was dat op die manier. Dus goede zorg voor dieren, dat maakt het vlees halal. Ja inderdaad, een sticker ‘beter leven’ vind ik belangrijker dan traditionele regels.”
Hoe belangrijk is het geloof voor moslimjongeren tegenwoordig? Ben jij een buitenbeentje met jouw intensieve belangstelling?
“Nee, helemaal niet. Veel jonge moslims zijn intensief met hun geloof bezig. Ze zoeken een eigen identiteit en grijpen dan nog al eens naar de voorgegeven regels en gebruiken. Daarin voel ik me soms wel wat afwijkend. Ik zoek meer naar wat islam in Nederland kan betekenen. De Nederlandse samenleving - de politiek, de media, maar ook de gewone burger - stelt zich nogal negatief op tegenover de islam. Dat drijft jongeren in een hoek. Ze voelen zich een etiket opgedrukt. Dat versterkt hun zoektocht. Ze willen dan wel eens weten wat dat etiket eigenlijk is. En ze gaan zich juist identificeren met de islam van de regeltjes. Terwijl ik denk: kijk waar de regeltjes vandaan komen.”
Waar kom je dan uit in die meer vrijzinnige islam?
“Voor mij blijft de Koran wel het centrum. Maar de Koran is een multi-interpretabel boek. Helemaal niet zo dichtgetimmerd. Je kunt er je eigen interpretatie op loslaten. Voor mij is de Koran een spirituele gids, geen wetboek en hij bevat inspirerende verzen en prachtige verhalen. Die moet je niet letterlijk nemen. Het gaat om de moraal van het verhaal.
Een voorbeeld? Ik ben voor een feministische lezing van de Koran. Dan is het verhaal over Adam en Eva heel inspirerend. Daar lezen we hoe man en vrouw geschapen zijn, namelijk uit één ziel. Gelijkwaardig dus. Dat is de fundamentele boodschap van de islam. En niet alleen man en vouw maar ook Arabier en niet-Arabier. De islam propageert de gelijkwaardigheid van alle mensen.”
Dat komt niet bepaald overeen met de beeldvorming.
“Nee, en de Arabische wereld heeft dat voor een deel zelf veroorzaakt. Een land als Saoedi Arabië is verschrikkelijk. Vrouwen mogen niet eens autorijden. Dat is toch raar. Vanuit de Koran en de Hadith (levensbeschrijving van Mohammed - ThvdK.) kun je die ongelijkheid niet goed onderbouwen. Je kunt natuurlijk altijd wel verzen aanhalen met een negatieve lading. Maar waarom zou je dat doen? Je moet je eigen interpretatie volgen. Ik geloof alleen in een vrouwvriendelijke religie. En dus vind ik dat je de Koran zo moet uitleggen.”
En daarvoor hoef je je niet in bochten te wringen?
“Nee, als het om de rode draad gaat, is de islam niet anders dan het christendom: omzien naar de kwetsbare, de gulden regel toepassen, goed zijn voor je medemens. Dat is wat je leest in de Koran en Hadith. Kijk, Mohammed bracht gelijkheid en orde in een samenleving waarin die totaal niet bestond. De positie van vrouwen op het Arabische schiereiland ging ineens met sprongen vooruit. Voor ons is de praktijk van toen misschien nog niet vrouwvriendelijk genoeg, maar in die context was het een hele stap voorwaarts. Hetzelfde geldt voor racisme. Slavernij was gewoon in die tijd. Het was dus heel bijzonder dat Mohammed een zwarte slaaf aanstelde als eerste gebedsoproeper. Je kunt zeggen: de eerste imam was een zwarte slaaf. De essentie is dus dat de islam grotere gelijkheid bracht. Dat daar vervolgens niet overal in de islamitische wereld naar wordt gehandeld is heel erg.”
Zoals jij het vertelt past de islam naadloos in de westerse cultuur. Vanwaar dan toch dat wantrouwen?
“De overgrote meerderheid van de moslims in Nederland onderschrijven de ‘grote waarden’, van goeddoen en medemenselijkheid, laat daar geen misverstand over bestaan, maar tegelijk torst men nog heel veel cultuur uit het verleden mee, gewoonten waarvan men denkt dat je die niet mag loslaten. Dat komt de beeldvorming niet ten goede. Dat is één kant van de zaak. Maar anderzijds: in het algemeen wordt in Nederland negatief omgegaan met religie. Religie wordt weggezet als iets waanzinnigs, iets van gestoorde mensen. Moslims zijn zo dubbel verdacht.
Het heeft mij gemotiveerd om de journalistiek in te gaan. Het is belangrijk dat daar mensen werken met verstand van de cultuur en de religie. Nu is zeventig procent van alle krantenartikelen over islam negatief. En op tv zie je óf de radicale moslim die gekke dingen zegt waarin negentig procent van de Nederlandse moslims zich niet herkent, óf je ziet de moslims die hun geloof radicaal vaarwel hebben gezegd, zeg maar het type Hirsi Ali of Ehsan Jami. Voor de normale moslim is weinig aandacht. Dat proberen we bij de MO anders te doen. Bij ons is zeventig procent van de verhalen positief. Wij maken wél een positief item over werkloze jongeren. Je zult maar werkloos, Marokkaan en laagopgeleid zijn, dan kom je alleen maar negatieve stereotypen van jezelf tegen. Wij laten zien dat het vaak hele gewone, goeie jongens zijn.”
Is er niet iets aan het verschuiven? De discussies over islam zijn minder zwart-wit dan vlak na Nine Eleven en na de moord op Theo van Gogh.
“Dat denk ik wel. Toen tien jaar geleden Theo van Gogh vermoord werd, was ik 15. Mijn generatie zat nog in de schoolbanken. Onze ouders spraken veelal de taal niet of maar moeizaam. Ze hadden een houding van laten we ons er maar niet te veel mee bemoeien. Dat is nu wel anders. Er is een nieuwe generatie twintigers en dertigers opgestaan die hun stem laten horen. Zelfbewust en mondig. Een mooi voorbeeld is de Rotterdamse politieke partij NIDA, een soort islamitische CDA. Ze laten zich inspireren door de islam, maar staan open voor iedereen. Ik zie langzaamaan een Nederlandse islam ontstaan, die zich ontdoet van de bijkomstige cultuur. De oudere generatie zag die cultuur nog als wezenlijk, maar voor jongeren is de Nederlandse samenleving het milieu waarin zij hun geloof beleven. Trouwens, ook voor de meer orthodoxe moslims hoeft Nederland niet bang te zijn. De botsingen vinden binnen de gemeenschap zelf plaats, daar is veel in beweging. Maar een ideologische strijd tussen de islam en het Westen is helemaal niet aan de orde. Gevaar voor de democratie? Die angst staat buiten de realiteit. Het is een verwaarloosbaar percentage moslims dat moeite heeft met de rechtsstaat.”
Vind je dat moslims in Nederland expliciet afstand moeten nemen van IS?
“Ik ga graag de discussie aan met aanhangers van IS. Tegenover hen zal ik mijn afkeer heus wel laten blijken. En ik wil ook best aan iedereen die er om vraagt uitleggen waarom in mijn ogen IS onislamitisch is. Maar ik vind het vreemd als mensen van mij willen horen of ik al dan niet met de IS sympathiseer. Daaruit spreekt wantrouwen. Alsof iedere moslim die zich niet uitdrukkelijk uitspreekt met de vijand heult. Wie zo denkt, ziet moslims blijkbaar niet als volwaardige, loyale leden van de Nederlandse samenleving. Overigens heeft het CMO (waarbij 380 moskeeën zijn aangesloten) in een verklaring IS veroordeeld. Maar dat zie je dan nergens terug. ’s Avonds op tv gaat het toch weer over de vraag ‘waarom spreken moslims zich niet uit?’”
Wat betekent het geloof voor jou in je dagelijkse leven?
“Dat vind ik een moeilijke vraag. Ik ben daar nog zoekend in. Ik ben wel veel met religie bezig, maar meer door studie, gesprekken en discussies. Ik zou wel regelmatiger willen bidden. Vijf keer per dag - of om te beginnen iets minder - dat vind ik eigenlijk wel heel mooi. Je neemt dan echt even afstand en tijd voor inkeer.
Toen ik twee jaar geleden solliciteerde naar een baan, zei mijn vader die toen op bedevaart in Mekka was, ‘Ik zal voor je bidden’. Dat deed hij vroeger ook wel eens als ik voor een tentamen zat. Ergens vind ik dat heel mooi en ik geloof ook wel dat het steun kan bieden. En tegelijk geloof ik in eigen kracht. Voor zo’n tentamen had ik wel een hele nacht zitten leren. Kracht en talent heb je natuurlijk wel gekregen. Daarom is dankbaarheid heel wezenlijk in mijn geloof.
Ik heb wel een positief idee van God. In mijn ogen is hij heel ruimdenkend. Ik denk niet dat hij erg inzit over hoe vaak wij bidden. En ik kan me ook niet voorstellen dat hij zich druk maakt over twee mannen of twee vrouwen die van elkaar houden. Dat God je daarvoor zou straffen, daar geloof ik niks van. Je doet er toch niemand kwaad mee.
Nee, ik twijfel niet aan God. Daarom is de Koran voor mij heilig, maar niet de Hadith. Dat kan iedereen opgeschreven hebben. Er zijn mensen die zeggen dat het heel onwaarschijnlijk is dat er een God is. Maar ik vind het nog altijd veel onwaarschijnlijker dat er geen God is. Dat zou pas raar zijn.”
Zie ook andere interviews in de serie Jonge Denkers.
Verwant onderwerp: God is niet groot
Bron: Volzin