Vrijheid, gelijkheid en broederschap vormen samen de bekende leus van de Franse Revolutie. Maar in vergelijking met de eerste twee is van broederschap tot nu toe nog weinig werk gemaakt, vindt Wim Reedijk. In zijn essaybundel Zonder broederschap geen vrijheid en gelijkheid. Essays over bewogenheid (2019) duikt hij in de geschiedenis van broederschap. Hij laat onder meer zien dat de wortels van de armenzorg in het christendom liggen, niet in de klassieke beschavingen. Behalve bij inspiratiebronnen als Jezus, Franciscus en Clara staat hij stil bij denkers als Alexis de Tocqueville, Adam Smith, Hannah Arendt, Karl Marx en Thomas Piketty.

Hoe kwam u op het idee om een boek over broederschap te schrijven?

"Ik werd ervoor gevraagd door de uitgever, naar aanleiding van een artikel. Het boek begint met een citaat van filosoof Theo Zweerman, van wie ik als student college had. Hij vroeg: ‘We horen veel over vrijheid en gelijkheid, maar wat is er eigenlijk van broederschap terechtgekomen?’ Die vraag ging toen al enorm bij mij resoneren; ik draag haar sindsdien met me mee.

In deze tijd van globalisering, waarin we zoveel verbinding hebben met de hele wereld, zou je kunnen zeggen dat broederschap meer gerealiseerd is dan ooit tevoren. Tegelijkertijd zie je dat mensen politiek gezien tegenover elkaar staan en tegen elkaar worden uitgespeeld. De politiek is grimmiger geworden. Daarom is de boodschap van fundamentele solidariteit en begaan zijn met elkaar belangrijker dan ooit. Broederschap is ook actueel omdat we leven in een multiculturele samenleving en te maken hebben met Europa.”

De titel stelt: Zonder broederschap geen vrijheid en gelijkheid. Hoe bedoelt u dit?

"Vrijheid en gelijkheid zijn, zeker zoals we daar in het Westen mee bezig zijn geweest, sterk terug te voeren op mensen- en burgerrechten. Dat was ook ten tijde van de Franse Revolutie  een belangrijke kwestie. Er was toen immers evident sprake van een standenmaatschappij. Het was toen revolutionair om te zeggen dat elk mens basale rechten heeft. Vrijheid en gelijkheid passen daarbij en zijn zeker belangrijk, maar deze twee waardes laten vooral de uniciteit van elk individu zien. Ze maken nog niet helder wat wij als individuen met elkaar te verhapstukken hebben, aan elkaar verplicht zijn, of voor elkaar kunnen betekenen. Broederschap is zo fascinerend, omdat die waarde nou juist niet gaat over het individu, maar over de ander en wat we voor die ander kunnen betekenen.

De politiek is grimmiger geworden. Daarom is de boodschap van fundamentele solidariteit en begaan zijn met elkaar belangrijker dan ooit

wim reedijk

De titel van mijn boek is natuurlijk ook bedoeld als een appel – of misschien wel als een provocatie. Wat ik zeg, is: aan vrijheid en gelijkheid is weliswaar nog van alles te doen, maar laten we het nou eens over broederschap hebben. Want als je daar niets mee doet, zakt de zaak toch in elkaar. Doordat binnen de trits vrijheid, gelijkheid, broederschap het ventiel uit broederschap is getrokken, is het met die andere twee ook niet helemaal goed gegaan, want alleen redden we het niet.

Je ziet dat terug in de zorg. Daar wordt sinds enkele jaren het belang van zelfredzaamheid en het hebben van de regie over je eigen leven benadrukt. Mensen die zorg behoeven, hebben natuurlijk een eigen waardigheid die bewaard moet blijven. Maar het klopt niet dat je altijd zelf je broek kunt ophouden of zelf initiatief kunt nemen. Juist in de zorg klopt dat niet.”

Waarom is broederschap er volgens u relatief bekaaid vanaf gekomen?

"Tijdens de Franse Revolutie nam het atheïsme de overhand. Broederschap werd gezien als iets dat hoorde bij de kerk. Er werd een afrekening gehouden met het ancien régime. Omdat de kerk met de oude machthebbers werd geassocieerd, werd ook zij in één moeite door geslachtofferd. Maar als je onderzoek doet, blijkt dat de kerk in veel opzichten naast mensen stond en emancipatoire verlangens juist steunde.

Als je onderzoek doet, blijkt dat de kerk in veel opzichten naast mensen stond en emancipatoire verlangens juist steunde

WIM REEDIJK

Voor mij was het een eyeopener dat de kapitalistische samenleving in feite al bestond voordat de Franse Revolutie uitbrak. De ideologen daarachter waren voor een deel mensen uit de betere standen. Niet de landadel, maar ondernemers en mensen die vooruit wilden, maar zichzelf beperkt zagen worden door de groep die de macht had. Men wilde zijn bezit veiligstellen en dacht al sterk in termen van concurrentie. Ook daardoor sloeg bij deze groep broederschap niet aan en had zij geen prioriteit."

In de titel van uw boek is sprake van 'broederschap', maar hoe zit het met 'zusterschap'?

"De titel is mooi gekozen, maar kan in deze tijd eigenlijk niet meer, besef ik. Je kunt dan ook niet snel roepen dat je met broederschap ook zusterschap bedoelt, want dat is een vorm van annexatie waarmee je niet echt wegkomt.

Ik geef in het boek voorbeelden waaruit blijkt dat vrouwen vaak het grootste deel van het maatschappelijk onrecht dragen. Ik schrijf ook over microkrediet. Je ziet dat in dorpsgemeenschappen vrouwen op het land en thuis vaak het meeste werk doen en eigenlijk de samenleving overeind houden. Daardoor levert het investeren in vrouwen via microkrediet vaak het meest op. De grootste solidariteit vind je vaak bij vrouwen, omdat juist zij weten hoe belangrijk zorg is. Ik wil uiteraard niet zeggen dat mannen niet kunnen zorgen, maar in de meeste culturen is de werkverdeling traditioneel. Over zusterschap valt nog veel meer te zeggen. Dat zou een extra boek waard zijn."

Waarom is broederschap volgens u juist nu belangrijk?

"Je ziet de kloof tussen arm en rijk breder worden. De verdeling van bezit klopt niet. Er is een steeds kleinere groep extreemrijken met daarnaast veel working poor. In Nederland heerst onder zzp’ers veel verkapte armoede. Op veel plaatsen in de VS en Engeland zie je een samenleving in verval, met ongezonde en verwaarloosde mensen, terwijl het toch rijke landen zijn.

De grootste solidariteit vind je vaak bij vrouwen. Juist zij weten hoe belangrijk zorg is

WIM REEDIJK

Ondanks de ecologische crisis blijven aanhangers van het kapitalisme denken in termen van groei. Hoe komt het dat er nog zoveel grote bedrijven zogenaamd geen winst maken en dus geen belasting hoeven te betalen? Iedereen voelt aan dat dit niet klopt, maar waarom komen ze er toch mee weg? Dat is een vorm van kapitalisme waarvan we dachten dat we die beteugeld hadden, een soort cowboykapitalisme."

In het boek gaat het vooral over broederschap als politiek en economisch ideaal. Maar is zij niet ook, of misschien zelfs op de eerste plaats, een manier waarop we als mensen in kleiner en groter verband met elkaar zouden moeten omgaan?

"Ja, zeker.Het bijbelverhaal van de barmhartige Samaritaan vind ik prachtig. Het neemt een belangrijke plaats in mijn boek in. Voorbij redeneren en berekenen gaat dat verhaal over je hart openen en je ongevraagd en onbaatzuchtig om een ander bekommeren. Als dat gebeurt, wordt iedereen er rijker van, ook degene die het doet. Er zit natuurlijk een duidelijke oproep in dat verhaal om dit na te volgen."

In de kerk spreken mensen elkaar aan als zusters en broeders, niet omdat ze het in alles eens zijn met elkaar, maar omdat ze elkaar erkennen als kinderen van dezelfde Vader. Broederschap kan dan niet beperkt blijven tot mensen die politiek gezien hetzelfde vinden of je sympathiek zijn. Ziet u dat ook zo?

"Ja, dat broederschap de eigen groep overstijgt is fundamenteel. Een mooie uitspraak van Jezus vind ik dat hij, als mensen tegen hem zeggen dat zijn moeder en broers buiten staan en willen dat hij met hen meegaat, antwoordt: 'Iedereen die hier aanwezig is en de wil van mijn vader doet, is mijn moeder en mijn broer en mijn zuster.' Hij breidt het dus uit. Natuurlijk worden we ergens geboren in een familie, maar fundamenteel de ander tegemoet treden als een broer of zus, getuigt van een enorme openheid.

Het is mensen eigen dat zij iemand die hen letterlijk vreemd is liever even op afstand houden. Ik voel me ook meer senang met mensen met eenzelfde soort achtergrond

WIM REEDIJK

Het is mensen eigen dat zij iemand die hen letterlijk vreemd is liever even op afstand houden. Ik voel me ook meer senang met mensen met eenzelfde soort achtergrond. Maar het christendom heeft ons de ogen ervoor geopend dat we boven die reflex uit een stap moet zetten in de richting van de ander. Het is daar nog veel verder in gegaan door te zeggen: zelfs degene die je vijand is, moet je liefdevol tegemoettreden. Je kunt zeggen dat dit eigenlijk bovenmenselijk en te veel gevraagd is. Maar juist dat maakt deze uitspraak zo krachtig. Je kunt als christen nooit naast je schoenen lopen, omdat je voelt: met dat appel kan ik mijn hele leven bezig zijn."

Volgens sommigen staat de protestantse traditie aan de wieg van de trits van de Franse Revolutie. Tegelijk hebben juist christenen zich hiertegen verzet, zoals de Anti-Revolutionaire Partij van destijds. Ook bekritiseren sommige christenen D66 en de VVD als te veel gericht op vrijheid. Hoe kijkt u daarnaar?

"De antirevolutionairen vonden in het spoor van de Franse Revolutie wel dat er dingen moesten veranderen, maar niet op een revolutionaire manier. Binnen het christendom zijn zeker ook conservatieve krachten, maar christenen duiken politiek gezien binnen allerlei richtingen op, ook in het socialisme. Iemand als Domela Nieuwenhuis was daarvan rond 1900 een pregnant voorbeeld. En in zijn roman Pieter Daens schrijft de Vlaamse auteur Louis Paul Boon over priester Daens die een enorme voorvechter voor de arbeidersbeweging was in het plaatsje Aalst.

Je hoort ook vaak: het christendom heeft niet bijgedragen aan de afschaffing van de slavernij, want die heeft eeuwenlang bestaan. Maar bij het protest  tegen de slavernij stonden christenen ook vooraan. Je moet dat beeld dus nuanceren."

Zouden we in de huidige maatschappij niet juist ook iets van moslims kunnen leren als het gaat om broederschap? Aan het eind van de ramadan gedenken zij de armen.

"Zij hebben ze nog echt een vastenpraktijk en sparen om te delen met anderen hoort daarbij. Christenen vasten traditioneel ook zo. Je ziet daaraan dat we familie van elkaar zijn."

Waarom is het verband tussen broederschap en religie volgens u zo sterk?

"Dat vind ik wel een intrigerende vraag. Ik denk dat dit komt doordat je, als je rekent met het bestaan van God en ervan uitgaat dat je als mens voor en door God bestaat, nooit op jezelf staat. Als religieus mens besef je dat je meer bent dan alleen een individu. Religie betekent letterlijk verbinden. We zijn met elkaar verbonden en hebben elkaar nodig: no man is an island."

Hoe zou meer broederschap er in deze tijd concreet kunnen uitzien?

"Dan denk ik aan wat journalist Rutger Bregman schrijft over het basisinkomen. Volgens hem worden mensen die arm zijn vaak arm gehouden. Hij zegt: geef ze nou gewoon eens geld, waardoor ze kunnen leven, vertrouw die mensen. Ons kapitalistische systeem is gebaseerd op wantrouwen. Mijn droom is dat mensen met meer openheid en vertrouwen door het leven gaan en actief worden in hun buurt, vrijwilligerswerk doen, of anderen opzoeken. Dat gebeurt natuurlijk al veel, juist door kerkelijke mensen, dus ik ben op dat punt niet somber."

Wat hoopt u met het boek te bereiken?

"Ik hoop dat de lezers broederschap herkennen als een belangrijk thema en ontdekken dat het christendom hierin een belangrijke rol heeft gespeeld en hierover nog steeds veel te vertellen heeft. Ik zie het ook als een stimulans voor de kerk om te zeggen: het christendom heeft een geweldige erfenis en heeft echt wat te melden als het gaat over omzien naar elkaar. Veel kerkmensen proberen iets te betekenen voor de samenleving, maar zitten toch vaak wat in hun schulp. We hoeven ons niet op de borst te kloppen, maar kunnen wel meer zeggen: hier staan wij voor."

Wim Reedijk (Rotterdam, 1957) is theoloog en auteur.

  • Studeerde van 1978 tot 1985 theologie aan de Universiteit Utrecht.
  • Promoveerde in 2003 aan de Vrije Universiteit op Zuiver lezen. De bijbel gelezen op de wijze van de vroegchristelijke woestijnvaders (Damon, 2006).
  • Werkte van 1984 tot 1993 als radioprogrammamaker voor IKON en KRO.
  • Was vanaf 1989 enige jaren docent Hebreeuws aan de Radboud Universiteit Nijmegen en Jodendom aan de voormalige Katholieke Theologische Universiteit Amsterdam.
  • Werkte bijna twintig jaar als gemeentepredikant van de Protestantse Kerk. Vanaf 1996 in Boxtel en vanaf 2006 in Nieuwegein. Ging in 2015 met emeritaat vanwege zijn gezondheid.
  • Publiceerde recent: Zonder broederschap geen vrijheid en gelijkheid. Essays over bewogenheid (KokBoekencentrum, 128 blz., € 14,99).
  • Woont in Utrecht en is getrouwd met theoloog, journalist en auteur Trees van Montfoort. Zij hebben een volwassen zoon en dochter.

U las een artikel uit het rijke archief van religiejournalistiek van Volzin. Dit artikel verscheen in oktober 2019 in Volzin Magazine.