Wat zegt uw boekenkast over u?

“Ik houd me al jaren bezig met kloosters. Dat is terug te zien in mijn boekenkast: veel boeken van en over kloosterlingen. Wat mij boeit is hoe hun geloof en hun levenswijze met elkaar vervlochten zijn. Ik probeer uit hun wijsheid en voorbeelden te achterhalen welke stappen ik in mijn eigen leven kan zetten. In een seculiere samenleving is het niet altijd gemakkelijk een kloosterroeping te onderscheiden. Zij zijn mijn gesprekspartners; ik leer van hun fouten, valkuilen en wijsheden.”

Welke boeken hebben u het meest beïnvloed?

“In de kerk waarin ik opgroeide, mochten vrouwen geen ambtsdrager worden. Ik vroeg me als 14-jarige verdrietig af: waarom wijst God me af?. Na een diepe geloofscrisis hielp het boek van Loren Cunningham, Waarom geen vrouwen?, mij om het geloof niet vaarwel te zeggen. Ik leerde dat die afwijzing van vrouwen niet door God gewild is. Ook Het Christus mysterie van Richard Rohr heeft mij op mijn grondvesten doen schudden. Ik zocht naar een manier om de vaak seculiere getuigenverslagen van ‘nabij-de-dood-ervaringen’ te verzoenen met het christelijk geloof. Zijn boek gaf mij nieuwe inzichten om ruimer de verlossing van Christus te beleven.

Nadia Kroon
Nadia Kroon

Wanneer stervende mensen een ervaring hebben van de hemel, is dat namelijk vaak niet aan een levensbeschouwelijke achtergrond gebonden. Nu had ik al langer weinig op met het idee van de ‘hel’ voor niet-christenen. Rohr, ook kloosterling, was echter de eerste auteur die uitgebreid en zuiver Bijbelteksten en teksten uit de hoofdstroom van de christelijke traditie kon aanvoeren om uit te leggen hoe het dan wel zat. Bijvoorbeeld hoe Paulus schreef over hoe alle wezens in de universele Christus geschapen en verlost zijn. De Christus die al bestond voor de historische Jezus op aarde kwam.”

Welke schrijvers inspireren u?

“De benedictijn Anselm Grün en Richard Rohr zijn twee van mijn favoriete schrijvers. Grün verwoordt religieuze thema’s op een manier die iedereen kan begrijpen. Wat betekenen bijvoorbeeld woorden als ‘genade’ en ‘voorzienigheid’ voor de prestatiegeneratie van de dertigers, veertigers? Dat zij als kloosterlingen die vertaalslag maken, past daar goed bij. In het kloosterleven leer je om geloofsideeën volledig te verweven met het alledaagse leven. Door met deze blik naar het alledaagse te leren kijken, ontdek je hoe God zich uit in deze moderne tijd. De woorden komen dan als vanzelf.”

Hoe kijkt u terug op het schrijfproces voor Non in de bus?

“Ik was net uitgetreden bij de zusters Augustinessen van Sint Monica in Hilversum, en wilde graag naar een andere gemeenschap. De emoties van dat afscheid waren nog rauw. Op datzelfde moment zaten we ook in de eerste lockdown. Ik werd compleet op mijzelf teruggeworpen. Het schrijven van mijn levensverhaal voelde als heel ingrijpend. Uiteindelijk was het voor mij een genezingsproces. Wanneer je de grote lijnen in je leven beschrijft, leer je hoe God door alles, ook door de negatieve ervaringen, iets moois maakt. Bovendien moest ik, om een eerlijk verslag te schrijven, ook alle mooie dingen vertellen die ik had mee gemaakt. Zo besefte ik weer wat een geschenk mijn tijd in de gemeenschap was geweest.

De reacties hebben een grote rol gespeeld in mijn verdere zoektocht. Sommige mensen vonden het troostrijk te lezen dat geloof aan de ene kant een worsteling mag zijn maar aan de andere kant ook hoopvol is. In de zin van: God slaat met mensen steeds weer nieuwe wegen in. Ook gaven veel mensen aan dat hun kijk op kloosters enorm was veranderd. Meerdere leeftijdsgenoten vertelden me zelfs dat ze nu ook nadachten over intreden!”

Nadia Kroon
Nadia Kroon: 'Ik wil zo min mogelijk boeken achterlaten en ben daarom overgestapt op een e-reader'

Hoe groot is de kans dat u weer ergens intreedt?

“Uiteraard wil ik de Heilige Geest altijd de volle ruimte geven om een andere weg met me te gaan. Maar zoals de ‘wind’ nu staat, zou ik zeggen: zeer groot! Met twee gemeenschappen voer ik nu serieuze gesprekken.”

Welke boeken neemt u mee als het doorgaat?

“Het feit dat mijn boekenkast zo leeg is, laat zien dat ik hierover al heb nagedacht. Ik wil zo min mogelijk boeken achterlaten en ben daarom overgestapt op een e-reader. Dan heb ik in ieder geval ruimte genoeg in een kleine kloosterkamer. De boeken die ik nu heb, zijn me zeer dierbaar. Zoals de regel van Augustinus die ik bij mijn intrede kreeg, het bijbeltje van mijn ouders of Grüns Spiritualiteit van beneden. Stuk voor stuk bemoedigen ze me om radicaal voor God te kiezen en steeds weer opnieuw te vertrouwen op zijn onmetelijke liefde. De angst van dat veertienjarige meisje om afgewezen te worden, kan nooit blijven bestaan met zoveel mooie teksten die mij herinneren aan de barmhartigheid van God”.