De gedichten van de in Cadzand (Zeeland) woonachtige filosoof, leraar, dichter en auteur Hein Stufkens zijn zo troostrijk en inspirerend voor mensen dat ze hun weg vonden en vinden naar tal van plekken in de Nederlandse samenleving. Je vindt ze bijvoorbeeld in ziekenhuizen, op muren, kalenderbladen en ansichtkaarten, in wandelgidsen, op rouwkaarten en grafstenen en op geboorte- en huwelijksaankondigingen. Veel van zijn gedichten zijn ook op muziek gezet. De bekende zangeres Lenny Kuhr zingt ze bijvoorbeeld. Sommige ervan kun je zelfs in het Liedboek van de kerken tegenkomen. En natuurlijk zijn ze ook uitgewaaierd over tal van religieuze en spirituele websites. Die brede waardering heeft zeker te maken met de toegankelijkheid van zijn poëzie.
Veel lezers, waaronder ikzelf, voelen zich aangesproken en vinden herkenning in wat de dichter verwoordt. Er klinkt veel licht in door, en met speelse humor maakt de dichter ook het donker draaglijk. Hij schrijft vanuit persoonlijke ervaring, maar put ook uit zijn levenslange belangstelling voor verschillende spirituele tradities. Hij blijft daarbij, zoals een andere recensent het zo mooi omschreef, niet grijpbaar voor de annexatiedrift van kerken of bewegingen.
In de verzamelbundel Tot aan het morgenlicht – Verzamelde gedichten is de poëzie bijeengebracht uit de dertien gedichtenbundels die hij in vier decennia, tussen 1981 en 2021, publiceerde bij verschillende uitgevers. De presentatie van de bundel vond plaats op 15 oktober jongstleden toen hij 75jaar werd. Een prachtige bundel, van harte aanbevolen.